Er schijnt iets merkwaardigs aan de hand te zijn met Kate Moss. In een paar dagen tijd heb ik nu al drie grote artikelen over haar gelezen. Aanleiding is natuurlijk de tentoonstelling die in Amsterdam is te zien van foto’s die van dit topmodel zijn gemaakt. Op zich al merkwaardig: een fototentoonstelling van een fotomodel. Een fotomodel is per definitie een model dat haar lichaam beschikbaar stelt om iets anders aan de man te brengen. Kleren bijvoorbeeld, een nieuwe modelijn of gewoon parfum. Gebakken lucht dus, meer niet. Modellen waren nooit bedoeld om model te staan voor zich zelf.
Toch is dat bij Kate Moss gebeurd. Haar naam is een soort merknaam geworden. Kate Moss is geen fotomodel. Kate Mosss staat voor fotomodel. Ze is een vrouw die ver boven haar eigen fysieke verschijning is uitgestegen. Geen supervrouw, dat zeker niet. Maar wel een soort vrouw in het kwadraat. Een vrouw van een andere orde. Het cokeschandaal vorig jaar heeft haar carrière niet geschaad. Integendeel, het aureool van een verdorven vrouw die volledig haar eigen weg gaat heeft haar roem alleen maar vergroot.
In alle commentaren lees ik verwondering over de vraag wat het geheim is van Kate Moss. Ze is zeker niet uitzonderlijk mooi. Zo heeft geen ‘intimiderend’ lichaam’, lees ik, wat dat ook moge zijn. Ze is klein (1meter 78), dun (50 kilo), ze heeft hoge jukbeenderen en geen ‘spierkabels door armen en benen’, laat staan recht naar voren priemende borsten. Fysieke schoonheid schijnt ook niet een bepalende factor te zijn voor het succes van een fotomodel.
Maar wat dan wel? Charisma? De x-faxtor? Een bepaalde manier van kijken? Een onaantastbare houding, ook wel met het ongrijpbare woord ‘cool’ aangeduid? Of is het gewoon het fotogenieke. Het ‘verliefd zijn op de camera’, het unieke vermogen om aan het oog van de lens telkens weer een andere kant van je ziel te tonen. Of op zijn minst te suggereren, want wat laat zo’n foto nu eigenlijk zien. Modefoto’s zijn gebakken lucht, maar wel fascinerende lucht.
In zijn boek ‘Het fotografisch genoegen, beeldcultuur in een digitale wereld’ doet Arjen Mulder verwoede pogingen om meer grip te krijgen op ‘het fotogenieke’ als fenomeen. Het blijkt een kwaliteit te zijn die heel moeilijk in woorden te vatten is. In de filmindustrie, zo beweert Mulder is de ervaring van het fotogenieke ingezet als erotische strategie. Filmsterren zijn acteurs plus het fotogenieke dat van hun ‘stills’ afstraalt. Voor het toneel is ‘acteur zijn’ voldoende.
Als dat waar is, dan is het fotogenieke dus geen kwaliteit die exclusief eigen is aan het model, maar iets ongrijpbaars dat zijn oorsprong vindt in een wisselwerking tussen enerzijds het reële model en anderzijds het irreële medium fotografie. Het model hoeft van zich zelf dus helemaal niet mooi te zijn. De foto maakt haar mooi. De camera is de katalysator voor het model en niet omgekeerd. Het is het stilzetten van het beeld dat de magie van het fotogenieke te voorschijn tovert.
Het is een mooie theorie die volgens mij maar ten dele opgaat. Van Mata Hari zijn nauwelijks foto’s bekend. Toch moet zij misschien wel de Kate Moss van haar tijd zijn geweest. Honderd jaar na dato is het moelijk voor te stellen wat nu eigenlijk bepalend was voor de magie van haar lichamelijke aantrekkingskracht. Als Kate Moss al geen intimiderend lichaam heeft, dan had Mata Hari dat zeker niet. Haar fysieke verschijning beantwoordde aan geen enkel schoonheidsideaal, zelfs niet aan dat van haar eigen tijd.
Haar danskunst, waar zoveel om te doen is geweest, schijnt zich beperkt te hebben tot wat theatrale bewegingen die in de verte een exotische droomwereld opriepen. De danskunst van Mata Hari was nog geen schim in vergelijking met de supererotische dansacrobatiek waarmee Josephine Baker de ‘roaring twenties’ in vuur en vlam zette. Natuurlijk heeft de aura van ‘femme fatale’ Mata Hari behoorlijk op weg geholpen naar roem, succes en een tijdloze mythe, maar het beeld dat zij opriep was toch vooral het cliché van de ‘dame sans merci’ dat in de cultuur van het fin de siècle overal voor het oprapen lag.
Kortom, Kate Moss blijft een mysterie. Misschien is zij wel de Mata Hari van deze tijd.