In zijn column in de LC van 18 oktober j.l. gaat Trinus Riemerma tekeer tegen de hedendaagse uitwassen van het monotheïsme. Onder de titel ‘Eigen goden eerst’ houdt hij een pleidooi voor het oude Germaanse polytheïsme waar Wodan, Thor, Thius en Freya nog als rauwdouwers door de Germaanse hemel jakkerden. Van ethiek en etiquette wisten ze niets, maar het waren tenminste nog onze eigen goden. We hebben ze eerst moeten inruimen voor het christelijke monotheïsme, en nu staan godbetert die bebaarde aanhangers van Allah al voor de deur om hun eigen officiële feestdagen op te eisen. Riemerma moet kotsen bij de gedachte dat onze Tweede Pinksterdag straks moet worden ingeruild voor de viering van het Suikerfeest. Allah en God, het is één pot nat. Bovendien waren het de Sumeriërs en niet de joden, christenen of mohammedanen die voor het eerst op de gedachte kwamen dat er misschien wel één God zou kunnen zijn. Kortom, monotheïsme is nep. Eigen goden eerst, dan zijn we in één keer van al dat gedonder af.
Het is moeilijk te peilen waar de schrijver van deze column zijn eigen betoog serieus neemt en waar zijn woorden overgaan in een boutade voor eigen Friese parochie. Hoe het ook zij, Trinus Riemersma weet op vernuftige wijze zijn diep ingedaalde atheïsme te verbinden met zijn even diep verankerde xenofobie. Diepfriezen zijn van nature een tikkeltje allergisch voor vreemde indringers van buitenaf. De invasie van moslims kan dan kennelijk tot heuse braakneigingen gaan leiden. Vooral als dat stelletje losgeslagen Hollandse bruggenbouwers van de multiculturele samenleving ons Friezen nog eens de wet voor gaan schrijven als het om vrije dagen gaat. Vrijheid blijheid, no. Friezen knielen alleen voor eigen goden. Zo niet dan gaan er koppen rollen, daar weet Bonifatius alles van.
Het valt nog mee dat Trinus Riemersma geen pleidooi houdt voor de afschaffing van de vrije zondag in Fryslân. Deze uithoek van Noord Europa was immers ooit – samen met Nedersaksen en het Frankische gebied – het hoofdgebied van de Wodancultus. De naam van de middelste weekdag was in al deze gebieden dan ook ‘Wodansdag’. De vrije woensdagmiddag voor de schooljeugd is ooit voortgekomen uit een christelijk gebaar van tolerantie tegenover de heidense midweekviering. Daarmee hebben dus ook de Friezen hun gerak wel gehad zou je zeggen. Nee, dat was niet genoeg. Als die baard- en sluierdragers hun eigen dag ééns per jaar opeisen, dan hebben de Friezen recht op een eigen vrije dag eens per week. Je kunt ergens faliekant tegen zijn, maar elke politicus weet dat je dan een alternatief moet bieden. Bij deze dan ook mijn wijze raad: Sticht een actiegroep. ‘Frije woansdei yn Fryslân!’ Pieter de Groot zal deze actie vast willen ondersteunen met een oproep op de voorpagina van de LC. Deze uitgebluste columnist jat immers al zijn ideeën van mijn weblog af.
Maar terzake. Het is natuurlijk een diep treurig verhaal van die Riemersma. Met wat bij elkaar gesprokkelde historische ditjes en datjes probeert hij zijn wrok- en blokdenken wat onderbouwing te geven. Riemersma vergeet dat zijn eigen denkwereld doordrenkt is van het monotheïsme. We kunnen het geloof in God afschaffen, maar het monotheïstisch denksysteem kruipt nog altijd waar het niet gaan kan. Negentiende eeuwse theorieën over vooruitgang en bestemming worden tegenwoordig alom als verouderd en onbruikbaar beschouwd. Toch speelt een residu van dit vooruitgangsdenken tegenwoordig nog steeds een rol als het gaat om iets, wat voor atheïsten doorgaans moeilijk bespreekbaar is: de theologische kern die intrinsiek verweven is met het westerse denken. Dat is een kern die alles te maken heeft met logocentrisme en monotheïsme, een gedachtengoed waarin het subject autonoom is en kennis macht. MonotheIme is in de genen ingedaald, zelfs in de Friese genen. Eén God is één gemeenschap. Zonder monotheïsme was nationalisme niet mogelijk geweest. Trinus Riemersma doet zichzelf tekort met zijn pleidooi voor de vele, eigen goden.