Josse de Haan wint Gysbert

Het moet niet gekker worden. Eeltsje Hettinga vertelde mij gisteren dat hij uit betrouwbare bron heeft vernomen dat Josse de Haan de Gysbert Japicxprijs heeft gewonnen. ‘Dan is dat zeker de zelfde bron die mij vertelde dat Hylke Speerstra hem heeft gewonnen’, zei ik nog. Maar Eeltsje wilde zijn bron niet prijsgeven. Wel bleef hij tot diep in de nacht stug volhouden dat Josse de Haan de prijs echt gewonnen heeft.

De jury zou een gebaar hebben willen maken. Men kon het zich niet veroorloven om voor de derde keer een omstreden winnaar aan te wijzen. Het zijn ook ideologische motieven geweest die uiteindelijk de doorslag hebben gegeven. Josse de Haan is een van de weinige auteurs die de benauwde wereld van de Friese literatuur hebben opengebroken. Alleen al de eerste 300 bladzijden van ‘Piksjitten op snyp’ zouden de prijs waardig zijn.

‘Maar je krijgt de prijs niet voor een gedeelte van een boek’, wierp ik nog tegen, ‘maar voor een heel boek of een geheel oeuvre.’ Dondert niet, Josse heeft de prijs. Wel wat sneu voor Hylke Speerstra. Ik hoorde dat hij bij de PC in Franeker iedereen de oren van het de kop heeft gevraagd of het gerucht echt waar was. Wie was mijn bron? Als Hylke mij gewoon even gebeld had, dan had ik hem kunnen vertellen dat die bron mijn duim is geweest. Eeltsje moet dus wel sterke argumenten hebben. Je gooit niet nog eens een fake verhaal de wereld in. Hij zou het bericht vandaag wereldkundig maken op de site van Go-gol, maar ik zie nog niks. Sterker nog, ik kan niet eens op die site komen, maar dat zal wel aan mijn internetverbinding liggen.

Zelf geloof ik er niets van. Ik denk dat de keuze niet op Josse de Haan valt en ook niet op Hylke Speerstra. Toch is er één vraag die in mijn kop blijft rondspoken. Zou het mischien zo kunnen zijn dat mijn fakebericht over de toekenning van de prijs aan Speerstra van invloed is geweest op het oordeel van de jury. Anders gezegd, heeft de jury juist om die reden de prijs uiteindelijk niét aan Speerstra toegekend?

Als ze dat wél gedaan hadden, dan zou er immers voor eeuwig een luchtje hebben gezeten aan de gang van zaken bij de jurering. Hoe wist Mous immers dat Speerstra de prijs ging winnen? De jury zou nooit meer kunnen bewijzen dat ze niet gelekt had. Alleen ik had kunnen bevestigen, dat dit niet was gebeurd. Dat risico was voor de jury de groot. Het had schade kunnen berokkenen aan hun persoonlijke reputatie.

Als deze theorie waar is, dan is dit in feite al de tweede keer zijn dat ik de jurering bij de Gysbert Japicxprijs op beslissende wijze beïnvloed heb. Ik heb mij laten vertellen, dat twee jaar geleden de prijs naar Abe de Vries is gegaan, omdat Michaël Zeeman de pest aan mij had en een gebaar wilde maken in mijn richting. Ik geloof daar niks van, maar het wordt gezegd en waar rook is, is vuur.

In feite zou de keuze voor Josse de Haan uiteindelijk zijn verklaring vinden in een krampachtige poging van de jury, om mijn bericht over Speerstra, dat bevestigd dreigde te worden, te weerleggen. Josse de Haan zou dus een mooie escape zijn geweest, zoals twee jaar geleden Abe de Vries dat was. Het is natuurlijk een bizarre theorie die mijn ijdelheid streelt, omdat aan mijn oordeel grote waarde wordt gehecht. Nogmaals ik geloof er niks van, maar het wordt gezegd en waar rook is, is vuur.

Ik realiseer mij nu dat de jury eigenlijk geen kant meer uit kan. Linksom of rechtsom ze zitten altijd in de fuik. Zowel Hylke Speerstra als Josse de Haan zullen een omstreden winnaar zijn. Andere kandidaten lijken er niet te zijn. Durk van der Ploeg? No way. Willem Schoorstra? Geen schijn van kans met die rommelige roman. Koos Tiemersma? Die staat niet eens op de shortlist. Hij krijgt natuurlijk wel een rolberoerte als hij dit weer onder ogen krijgt. Koud terug van vakantie uitte hij op zijn eigen weblog zijn verontwaardiging over het lekken van de jury. ‘Intussen zitten de winnaars opgescheept met een gedeukte beker,’ zo schrijft hij, ‘geen goud, eerder blik. Dan liever de Rink van der Velde-prijs, een brok Belgisch graniet van Anne Woudwijk. Daarmee kun je tenminste nog iemand de hersens inslaan.’

Zo is het maar net, de jury van de Gysbert Japicxprijs is zo lek als een vergiet.