Over Geert Wilders en Sinterklaas

‘Als binnen de bebouwde kom het paard van Sinterklaas op hol slaat, moet hij dan een bekeuring krijgen?’ Met deze vraag werd Godfried Bomans ooit geconfronteerd door een bezorgde radioluisteraar. Het antwoord van Bomans was een fraai staaltje van rooms redeneren. ‘Als het paard van Sinterklaas binnen de bebouwde kom op hol slaat’, zo stelde Bomans, ‘dan kan de goedheiligman nooit een bekeuring krijgen voor te hard rijden. Een bisschop in functie ressorteert immers onder het kerkelijk recht van het Vaticaan. Ook als het de bisschop zou voortrazen met en snelheid van 80 kilometer per uur, zou er geen aanleiding zijn voor een berisping van hogerhand. Het Vaticaan spreekt dan van een spoedgeval. Zelfs bij 120 kilometer per uur is er enige terughoudendheid geboden, als zal in dat geval meestal blijken dat er geen sprake is van een echte Sinterklaas.’

Vervang in bovenstaande redenering ‘Sinterklaas’ door ‘Geert Wilders’ en ‘het op hol slaan binnen de bebouwde kom’ door ‘de aangekondigde film over de Koran’. Een opmerkelijke overeenkomst springt dan in het oog. Op welk recht is de vermeende overtreding van Geert Wilder straks van toepassing? Is dat het Nederlands strafrecht of het internationale kerkelijk recht van de Islam? Ik zou zeggen het Nederlands strafrecht, maar de internationale moslimgemeenschap denkt daar anders over. Is het niet zo dat katholieken lang het zelfde hebben gedacht als moslims? Het is nog niet zo lang geleden dat bisschop Muskes beweerde dat je een brood mag stelen, als je vergaat van de honger. In dat geval zou het Nederlands strafrecht niet van toepassing zijn. Er is een hoger recht waarop je je dan kunt beroepen. In feite komt de redenering van de moslims op hetzelfde neer. De sharia is in hun ogen van een hogere orde dan het Nederlands strafrecht. Een vermeende overtreding als Wilders dreigt te gaan maken, daar staat de doodstraf op volgens de sharia. De redenering klopt, er is geen speld tussen te krijgen.

Wat hier aan de orde is, zou je de botsing van twee rechtssystemen kunnen noemen. Dat heet een antinomie. Wij kunnen wel beweren dat alleen ons rechtssysteem rechtsgeldig, is maar wat heb je aan die bewering als de ander een systeem heeft dat daar fundamenteel niet mee spoort. Hoe los je dit probleem op? Ik ben bang dat het onoplosbaar is, hoe je het ook wendt of keert. Bart Jan Spruyt, de vice-voorzitter van de conservatieve Edmund Burke stichting, deed vorige week op de opiniepagina van de Volkskrant een poging om het probleem op te lossen met redeneren. ‘Islam moet de Koran met historische afstand leren lezen’, zo luidde de titel van zijn betoog. De Christenen doen dat al 500 jaar, waarom doen de moslims dat dan niet? Ze zijn een beetje achterlijk door te denken dat de tekst van de Koran letterlijk de stem van Allah vertolkt.

Het is dan ook een misvatting, zo stelt Spruyt, dat je de film van Wilders kunt relativeren, door er op te wijzen dat ook de Bijbel passages bevat die tot geweld aansporen. De KRO heeft geprobeerd een dergelijke tegen-film uit te maken, maar is daar al gauw van afgestapt. Waarschijnlijk waren de gezochte gewelddadige passages toch te gering in aantal. Maar ernstiger is, dat met dit soort relativeringen de kern van het conflict wordt ontkend. Moslims kunnen de Koran niet lezen met een historische distantie, en dat is fout. Dat moet uit alle macht bestreden worden, aldus Spruyt.

Dat van dat gebrek aan historische distantie mag dan zo zijn, maar het punt waar het volgens mij in wezen om draait is de botsing van twee rechtssystemen en niet zozeer de vermeende achterlijkheid van de moslims, als het gaat om het lezen van de Koran. Er zijn ook christenen die de bijbel letterlijk lezen, maar die respecteren wel het Nederlands rechtsysteem. En zo niet, dan moeten ze naar de rechter stappen of zich zelf zich voor de rechter verantwoorden. Spruyt trekt overigens een paar interessante vergelijkingen. Zo schijnt Churchill ooit gezegd te hebben dat Hitlers boek ‘Mein Kampf’ de nieuwe Koran van geloof en oorlog is. In feite verschilt die uitspraak van Churchill niet van de mogelijke bewering die Geert Wilders straks in zijn film gaat doen, namelijk dat de Koran is een fascistisch boek zou zijn, een boek dat zich baseert op een fascistische ideologie. Een boek dus dat verboden moet worden. Wie Wilders straks om deze uitspraak veroordeelt zal met terugwerkende kracht ook Churchill moeten veroordelen.

De gedachte dat alle geloven gelijk zijn is een vervelende vergissing, zo beweert Spruyt. Het christendom is superieur aan de Islam, omdat christenen met schade en schande geleerd hebben om een historische afstand tot hun eigen heilige boek te bewaren. De recente berichten over de ontdekking in Berlijn van verloren gewaande Koran-manuscripten (waarover ik berichtte in mijn log ‘Koran en Da Vinci Code‘) en het verzet binnen de internationale moslimwereld tegen de openbaarmaking daarvan, bewijzen volgens Spruyt, dat dit de kern is van het probleem. Christenen zijn voorlijk, moslims achterlijk. De redenering blijft kloppen, zolang je er zelf in gelooft. Maar als je een ander geloof aan hangt, dan zit je wederom met de gebakken peren. Dat botsen andermaal twee rechtssystemen en valt je hele redenering als een kaartenhuis in elkaar.

De te verwachten uitspraken van Geert Wilders in zijn film over het fascistische karakter van de Koran zijn ook te vergelijken met het betoog van Paus Benedictus XVI in zijn rede in Regensburg. Ook Spruyt verwijst in dit verband naar het betoog van een zekere Spengler, dat eerder in de Volkskrant verscheen, waarin geteld wordt dat paus Benedictus de enige echte leider van het Westen is, omdat hij begrijpt dat er een godsdienstoorlog gaande is tussen Allah en de joods-christelijke God. De rooms-katholieke kerk zou met een glasheldere benoeming van het conflict door de paus, het belangrijkste instituut op aarde zijn. Maar is dat wel zo? Ook dit is een cirkelredenering.

De botsing tussen Geert Wilders en de internationale moslimgemeenschap zal een botsing zijn tussen het Nederlands recht en een kerkelijk van de islam. De roomse redenering van Bomans over de vermeende overtreding van Sinterklaas wordt opnieuw actueel. Met redeneren kom je er niet uit. Zelfs niet met rooms redeneren, laat staan met de verlichte krompraat van Bart Jan Spruyt. Wilders heeft gewoon het recht om te zeggen wat hij gaat zeggen. Wie daar anders over denkt moet Geert Wilders straks voor de rechter dagen. Onze rechter wel te verstaan. En wie die Nederlandse rechter niet erkent vormt een gevaar voor de Nederlandse rechtstaat. Een gevaar waar Wilders – naar mijn smaak – terecht op wijst.

Laat een reactie achter

(verplicht)

(verplicht, wordt nooit weergegeven)