In 2006 verscheen de bundel Poëtisch Leeuwarden, waarin de Sneker stadsdichter Henk van der Veer in zijn vers de Leeuwarder Oldehove een stompe fallus noemde en zei zich thuis te voelen in het stationsgebouw van Leeuwarden, wetende dat er ieder half uur een trein richting Sneek vertrekt. Toen de hierover verbolgen Leeuwarder kunstenaar Alfred H. Stucki te gast was in een radioprogramma van Omrop Fryslân en daar van der Veer trof, was dit aanleiding voor de geboren Leeuwarder Stucki hem uit te dagen tot een poëtisch duel.
Aanstaande vrijdag 15 augustus om 15.00 uur zal de opening van de C.C. Stucki, oftewel de Culturele Copulatie tussen Sneek en Leeuwarden plaatsvinden in galerie de Kunstkast, Prinses Julianapark 5 te Sneek. Stucki exposeert hier zijn nieuwste werken in olieverf op doek, geïnspireerd op Friesland en het Friese landschap. Stucki en Henk van der Veer zal een nieuw vers ten gehore brengen, geïnspireerd op een schilderij van Stucki.
De opening zal verricht worden door burgemeester en kunstkenner Arno Brok, die tevens het emailadres bekend zal maken waarop een bod gedaan kan worden op de onlangs door Stucki vervaardigde meubelstucki’s; meubels waarin de voetbalschoenen van de Europese kampioen Jong Oranje van vorig jaar verwerkt zijn en waarvan de opbrengt zal gaan naar de Foppe de Haan Foundation.
Het antwoord op het vers van van der Veer zal in september in Leeuwarden in galerie Dessus plaatsvinden, geschreven door de Leeuwarder stadsdichter Derwent Christmas. Stucki hoopt dat deze Culturele Copulatie tussen de Leeuwarder Oldehove-fallus en de vrouwelijke Sneker Waterpoort tot een vruchtbaar einde zal leiden. Iedereen is van harte welkom en de toegang is gratis.
Dit persbericht vond ik gisteren in mijn mailbox met bijbehorende foto. Even tevoren had Stucki mij gebeld om mij op dit gebeuren te attenderen. Alfred wordt de laatste tijd steeds meer als ‘mijnheer Stucki’ aangesproken, De omgang met Foppe de Haan heeft zijn sociale aanzien kennelijk behoorlijk opgevijzeld. Maar Alfred wil graag gewoon Alfred blijven, vandaar de foute foto bij het persbericht, zo liet hij me weten.
Hij vroeg ook of ik nog en exemplaar over had van het boek ‘De kleur van Friesland.’ Nee dus. Alfred had opgemerkt dat hij daarin voor komt. Sterker nog er staat een kleurenfoto in afgedrukt van zijn befaamde K.U.T.-billboard dat in januari 2005 in Leeuwarden voor enige opschudding zorgde. Het waren roerige tijden zo kort na de moord op Theo van Gogh. Alfred reageerde op dat gebeuren met een provocerende daad: Kunst Und Träne, kortom: K.U.T. Het doek was in de kerstnacht van 2004 geschilderd tussen de spoken op de zolderverdieping van de Infirmerie, waar Alfred tijdelijk een atelier had betrokken. Bij de opening van de tentoonstelling in de Infirmerie sprak ik de volgende woorden:
‘Alfred Stucki is een van de weinige Friese kunstenaars, misschien wel de enige, die de openlijke confrontatie aangaat met de brave opvattingen van het grote publiek. Hij durft thema’s als biseksualiteit, incest, masturbatie en dierenseks aan de orde te stellen ondanks het geblaat van radicale imams, dat ongemerkt de fatsoensnormen in dit land aanscherpt en de vrijheid van meningsuiting beknot. Zijn audio-alter-ego Susan is te beluisteren op zijn tapes met live 06-bellers. In een tijd dat de slogan ‘’Fatsoen moet je doen”’ zelfs in linkse kringen bijval gaat vinden, maak Stucki op het oog hoogst onfatsoenlijke kunst. Maar het gaat hier om meer dan alleen een publiciteitsstunt. Stucki daagt het publiek uit, omdat de tijdgeest daarom vraagt. Vertrutting en conformisme grijpen overal om zich heen, zelfs – of misschien juist vooral – in Friesland. Deze doorgaans zo brave regio waar iets van de sfeer van de jaren vijftig nog altijd voelbaar is, loopt met deze trend nu opeens voorop.’
De KUT-affaire bracht een golf van publiciteit en ook onbegrip teweeg. Kirsten van Santen wees in een artikel in de LC op de schijnheiligheid van het verbod: ‘Wat een dubbele moraal. Op commercieel gebied gedogen we alles, maar de kunst pakken we aan’. Maar de protesten mochten niet baten. Het was truttigheid troef. Eén ding is zeker, sinds de K.U.T.-affaire is Alfred H. Stucki langzamerhand wereldberoemd in Friesland geworden en soms reikt zijn roem ook buiten de provinciegrenzen. Zo werd hij inmiddels uitgenodigd voor de Kunstvlaai en de Nacht van de Vrijheid in de Stadsschouwburg in Amsterdam.
Sinds de K.U.T.-affaire heeft hij ook een bijzondere relatie opgebouwd met de directeur van Keunstwurk, Renée Waale. Zij gaf immers het dienstbevel om het K.U.T-doek te verwijderen en gooide later de hoorn op de haak toen de chef kunstredactie van de Leeuwarder Courant haar om tekst en uitleg vroeg. Het zal je directeur maar wezen, zo’n hooghartige feeks met een kort lontje. In de NRC van 18 februari 2005 verklaarde Renée Waale dat ze het ‘doek had weggehaald, omdat ze het geen prettig gezicht vond voor de tegenoverliggende school’ (het Stedelijk Gymnasium).
Ze vergat daarbij te vermelden, dat de leraar maatschappijleer van datzelfde gymnasium inmiddels een les had gewijd aan de K.U.T.-affaire, die immers heel illustratief was voor wat er anno 2005 in de samenleving speelde. Dit gymnasium, waar Gerard Reve al op vrijdagavond 29 oktober 1965 werd uitgenodigd om een lezing over zijn werk te houden, had van oudsher dan ook meer voeling met de tijdgeest dan de directeur van Keunstwurk, die zich er nota bene op voor laat staan een liefhebber van Reve te zijn.
Die lezing van Reve vond destijds plaats in de Prinsentuin op uitnodiging van de redactie van ‘Stentor’, het schoolblad van het Stedelijk Gymnasium. Bij die gelegenheid hield Reve een pleidooi om 18-jarigen in de wet meerderjarig te verklaren: ‘Ze mogen wel in het leger iemand doodschieten, maar niet over hun eigen seksualiteit beslissen,’ zo stond de volgende dag te lezen in de Leeuwarder Courant. Maar daar weet Renée Waale, als liefhebber van Reve, natuurlijk niets van. Bij zo’n nuffig, onzin uitkramend, artistiek type liet onze Roomse volksschrijver het liefst ‘een brandende poppenwagen in haar kutwerk naar binnenrijden’ (zie: ‘Veertien etsen van Frans Lodewijk Pannekoek voor arbeiders verklaard’).
Laatst hoorde Alfred Stucki de stem van Renée Waale in een uitzending van Omrop Fryslân. Ze had het voortdurend over ‘Kunstwurk… Kunstwurk… Kunstwurk…’ Even dacht hij nog dat zij ‘K.U.T.-wurk’ bedoelde, maar toen ging het hem dagen. Als ‘oprjochte Fries’ kon Alfred deze verkrachting van de mooie Friese taal niet langer aanhoren en draaide de knop om. De volgende dag belde hij Keunstwurk om zijn beklag te doen. De directeur was er niet, zodat Alfred de directiesecretaresse aan de lijn kreeg. ‘Zou je aan je directeur willen doorgeven, dat je het woord ‘Keunstwurk’ niet uitspreekt als ‘Kunstwurk’, maar als ‘Kéééuunstwurk’, met de EU van EUCALYPTA !’ Ik weet niet of de boodschap is doorgekomen, maar helder was hij in ieder geval wel.
Als de tentoonstelling in Sneek een succes wordt, overweegt Alfred om naar Bejing te vliegen om Foppe daar een hart onder de riem te steken. Alfred kan het heel goed vinden met VIPS. Eerder nam hij een plaat op met Anneke Douma en hij schijnt ook goed overweg te kunnen met Ramses Schaffy. Alfred heeft wel iets van Ramses. Een Friese Ramses, met Zwitsers bloed in de aderen. Hij kan goed acteren en speelde ooit een blauwe maandag mee in de soapserie GTST. Schilderen kan hij ook, al doet zijn laatste werk weer wel erg veel aan dat van Gerrit Benner denken. Laatst hoorde is Alfred ook roepen: ‘Ik Benner…!’ Of dat zo is weet ik niet, maar Alfred moet vooral doorgaan. Blijven doorgaan, dan komt hij er wel. Deze jongen is tot alles in staat.