De idolen van de geest

‘Alleen al de huidige preoccupatie bijvoorbeeld met terugvalpreventie ten aanzien van psychotische stoornis is gebaseerd op de onuitgesproken en onkritische veronderstelling dat er een voortdurende onderdrukking van spanningen door medicatie te verkiezen is boven een leefwijze waarbij men af en toe eens psychotisch decompenseert.’

Aldus Anton Mooij in zijn boek Psychoanalytisch gedachtegoed, een modern perspectief (2002). Het lijkt of langzaam het inzicht begint te dagen dat een psychose ook en intrinsieke waarde heeft. Door de uitvinding van de antipsychotica kan een psychose tegenwoordig volledig worden onderdrukt. In acute gevallen wordt een patiënt platgespoten en daarna volgt vaak jarenlange medicatie om een terugval te voorkomen. De gevolgen van deze medicijnen op langere termijn zijn nog altijd niet geheel bekend, om de simpele reden dat deze medicijnen nog niet zo lang bestaan. De eerste antipsychotica werden al in de jaren vijftig op de markt gebracht, maar er verschijnen nog steeds nieuwe varianten.

De geest kan tegenwoordig chemisch volledig worden beteugeld. Daarmee is de psychose een verdwijnend fenomeen aan het worden. We vergeten daardoor wel eens dat psychotisch gedrag zo oud als de wereld is. Ook in vroeger tijden en in geheel andere culturen komt een dergelijke mentale uitbarsting of instorting voor. Primitieve culturen hebben vaak hun eigen geneeswijzen ontwikkeld, bijvoorbeeld door excorcistische rituelen waarbij de patiënt aan een boom wordt vastgebonden en stamgenoten onder leiding van een medicijnman trance-achtige dansen uitvoeren om de boze geesten uit de patiënt te verdrijven. Deze behandelingsmethoden zijn vaak effectiever dan onze westerse behandeling met medicatie.

De patiënt wordt immers in zijn waarde gelaten, omdat de magische kracht die zijn geest in bezit heeft genomen, serieus wordt genomen. Men spreekt van onreine geesten die uitgedreven moeten worden. Wie zegt dat zoiets niet ook werkelijk aan de hand is? Psychotische fenomenen onthullen zich al naar gelang het denkkader, waarin ze worden benoemd. In ons ontzielde wereldbeeld passen geen onreine geesten. Wij spreken over decompenseren, verdringen, desegregatie, psychische insufficiëntie, sublimeren, libido-fixaties en polymorf perverse seksualiteit. We zien de psyche als een ingewikkeld stelsel van openlijke en verborgen krachten die eerder aan een gas-tank dan aan een mens doen denken.

De signalen van een komende psychose dienen zich vaak al lang van te voeren aan. De patiënt wordt onrustig of soms neerslachtig. Het lijkt of een kracht diep in hem zelf zich ophoopt en vraagt om eruit te komen. Zijn geest lijkt een vulkaan die af en toe een eruptie nodig heeft. Zo’n uitbarsting kan desastreuze gevolgen hebben, omdat er krachten vrijkomen die groter zijn dan de patiënt kan verdragen. Een psychose kan leiden tot uiterst agressief gedrag, niet alleen tegenover anderen maar ook tegen de patiënt zelf. De psychose heeft iets in zich van een drang naar vernietiging, maar in elke vernietiging zit ook een scheppend moment. Het kunnen razen en tieren is soms nodig om tot een hernieuwd inzicht te komen. Na het onweer is de lucht gezuiverd. De wereld lijkt even weer als nieuw.

Psychotici vragen deepdown om een veilige omgeving om even uit te kunnen razen. Ze willen vastgebonden worden aan een boom met dansende krijgers eromheen die compleet uit hun dak gaan. Dat is nog altijd beter dan vastgesnoerd te worden onder een spanlaken in een isoleercel en daar naar een smetteloos wit plafond te moeten staren. Misschien heeft ieder mens het wel nodig om af en toe even compleet uit zijn dak te gaan. De collectieve ervaringen van de moderne menigten in stadions, bij popconcerten en houseparty’s zijn nieuwe uitvindingen van de collectieve beleving van trance en bezetenheid. Het is de moderne massapsychose die zo nu en dan een hoogst noodzakelijke decompensatie biedt om de individuele geest in balans te houden.

Misschien is een psychose wel een correcties van de psyche, wanneer hij al te zeer op zichzelf wordt teruggeworpen. In elk menselijke psyche zijn collectieve krachtenvelden werkzaam, waar je weinig mee kunt in een moderne samenleving. Tendensen als hyperindividualisering en extreem materialisme beroven de psyche van zijn primitieve wortels die verbonden zijn met archaïsche krachtbronnen. In een psychose wordt het moderne wereldbeeld op zijn kop gezet en binnenste buiten gekeerd. De psychoticus laat ons zien wie we ooit zijn geweest. Hij toont wat misschien een verloren vaderland van de psyche is, een land dat ten onrechte ooit verlaten is en alleen nog als de mythe van een beloofd land in een onttoverde wereld terug kan keren.

De psychoticus laat zien dat er geen wezenlijk onderscheid bestaat tussen de wijze waarop zijn ogenschijnlijk vertroebelde geest aan de werkelijkheid is gehecht en die waarop wij de realiteit om ons heen tot ‘werkelijk’ verklaren. Hoe verder de wetenschap vordert,  hoe meer wij menen dat de werkelijkheid samenvalt met de objectieve kennis die wij vergaren. Maar die groeiende toren van kennis berust op een illusie, omdat zelfs ons wetenschappelijk wereldbeeld in laatste instantie op een geloof is gebaseerd. Het is het moderne geloof dat onze geest geen idolen meer kent. Elke geest heeft zijn idolen. Elke kennis van de wereld is gebaseerd op onzichtbare vooroordelen en stilzwijgend gepasseerde veronderstellingen. Alleen de gek weet dat de gezonde geest een illusie is.