Mein Kampf, de Koran en de Bijbel
’Mein Kampf’ moet op tijdgenoten een verwarrende indruk hebben gemaakt. Deels was het een gelegenheidsgeschrift van een volkse nationalist en racist, waarin afgerekend werd met iedereen die de auteur niet zinde, de Joden voorop. Deels was het ook een programmatisch geschrift dat zijn woorden van haat tegen de Joden, de communisten en de ’niet-arische’ volkeren in daden wilde omzetten. Tegenwoordig is het in ieder opzicht een historisch boek. Het maakte geschiedenis en het is geschiedenis geworden. Toch raakt ’Mein Kampf’ nog steeds een open zenuw. Nederland sprak er schande van toen Geert Wilders de Koran en ’Mein Kampf’ op één lijn stelde. Volgens hem zette de Koran, net als ’Mein Kampf’, aan tot haat en geweld, in dit geval tegen andersgelovigen en ongelovigen. Dat lijkt me een denkfout. Een boek zet nooit zomaar aan tot geweld. Geweld wordt gebruikt door mensen, die zich daarbij wellicht door een boek laten inspireren.
Aldus schreef de historicus Wim Berkelaar van de week in een groot artikel Niet bang voor mensen in Trouw over het boek ‘Mein Kampf’ van Hitler. Hij had dit ruim 800 pagina’s tellende boek herlezen naar aanleiding van de discussie over de stelling van Geert Wilders dat de Koran verboden moet worden. Waarom ‘Mein Kampf’ verbieden en de Koran niet? Of zoals Berkelaar het formuleert:
‘Wilders’ ergernis over het geweld van moslims uit naam van Allah – waarvan trouwens vooral moslims in de islamitische wereld zelf slachtoffer zijn – is goed voorstelbaar. Maar een partij die zegt te staan ’voor de vrijheid’ moet geen boek willen verbieden. Bovendien doet een verbod op de Koran geen recht aan de moslims die in de Nederlandse polder in vrijheid en rust willen leven. Na het bovenstaande is wel duidelijk dat we hier van doen hebben met een agressief boek. Maar het is zo gedateerd dat je het zonder leeswijzer niet goed meer kunt begrijpen”
Het lijkt een beetje een non-discussie, maar toch winden veel mensen zich de laatste tijd behoorlijk op over deze kwestie. Het artikel van Berklaar lokte tot nog toe maar liefst 77 reacties op internet uit. In één daarvan wordt mijn log over Geert Wilders aangehaald Het drama van de gemiste vader:
Citaat:van Huub Mous. Informatief.
“Langzaam komen de analyses op gang. Hoe zit het eigenlijk met de psychologie van Geert Wilders? Hoe zat het met zijn jeugd? Heeft hij soms een trauma opgelopen? Vanwaar die verongelijktheid en die extreme geldingsdrang? Wilders is een Einzelgänger, maar dat niet alleen, hij moet altijd in de contramine. Heeft hij dat niet genoeg kunnen doen in zijn puberteit? Wat had hij voor een vader? Heeft hij zich daar destijds wel voldoende tegen af kunnen zetten? :
Van Halikarnas. Geert Wilders vader is een Indonesiër. Geert Wilders VERFT zijn ZWARTE haar BLOND, zodat hij honderd percent BLANK & HOLLANDS uit ziet.?? Maria, Amsterdam op 25-01-2010, 09:14
Zo zie je maar weer, voor je het weet worden je woorden gebruikt in een heel ander verband. Er zou een gelijkenis bestaan tussen Wilders en Hitler, zo wordt hier op grond van mijn woorden gesuggereerd. Zoals Hitler zelf joods bloed had, zo is de vader van Geert Wilders een Indonesiër, wat hij wil ontkennen door zijn haar te verven. Nu heb me ook wel eens in de psychologie van Hitler verdiept (zie: Adolf Hitler, de kunstenaar) maar ik heb nooit gewezen op een parallel in de karakterstructuur of de psychologie van Hitler en Wilders. Het lijkt me ook niet erg zinvol om dit soort analyses in deze specifieke discussie te betrekken, die immers heel ergens anders over gaat. Waarom geldt voor de Koran niet hetzelfde wat voor ‘Mein Kampf’ geldt. Dat is de vraag. Het artikel van Berkelaar is zeer informatief en geeft ook een goed handvat om zelf een oordeel te vellen in deze kwestie.
In 2007 keerde een krappe meerderheid van het parlement zich tegen de publicatie mogelijkheid van ‘Mein Kampf’, omdat – in de woorden van CDA-Kamerlid Sybrand van Haersma Buma – “ in de recente geschiedenis miljoenen mensen zijn omgekomen door het gedachtegoed dat in ’Mein Kampf” beschreven is”. Wim Berkelaar is het hier niet mee eens. Om tot die conclusie te komen is hij niet over één nacht ijs gegaan. Hij heeft het ‘Mein Kampf’ nog eens zorgvuldig gelezen, maar geen overtuigend argument kunnen vinden dat publicatie anno 2010 nog in de weg staat. Al zou het dan nu volgens hem moeten gaan om een wetenschappelijk uitgave met inleiding en notenapparaat. “Democratie is niet voor bange mensen,” zo concludeert hij, “zij kan ook ’Mein Kampf’ verdragen. Dat zou ook het parlement moeten beseffen. “
Ik ben het met die conclusie volledig eens. Twee treffende citaten nog uit zijn betoog:
‘Mein Kampf’ bevat vele kleine leugens, vooral over Hitlers levensloop, maar is in de kern onthutsend openhartig. Het ruim achthonderd pagina’s tellende boek is één protest tegen de gedachte die sinds de Franse Revolutie en al eerder in het christendom zoveel terrein had gewonnen, althans onder de spraakmakende elite: dat alle mensen broeders en zusters zijn. Niet gelijk, maar wel gelijkwaardig. En alle broeders en zusters mogen en moeten in vrijheid deel kunnen hebben aan de wereld. Hitler meende te weten waar die ’leugen’ vandaan kwam: het zouden de Joden zijn, die de volkeren met dit praatje van ’vrijheid, gelijkheid en broederschap’ hadden bedorven. ’Mein Kampf’ is van begin tot eind doortrokken van haat tegen de Joden, die hij als de vergiftigers van alle volkeren aanwees.
De massa, aldus Hitler, is als een vrouw. Aan haar zijn intellectuele betogen niet besteed, je moet haar gevoel en emotie bespelen. In één moeite door geeft de autodidact af op intellectuelen. Zij begrijpen niets van het leven, zij lezen zich suf zonder doel of richting: „Zij bezitten weliswaar een overmatige hoeveelheid ’kennis’, maar hun hersens verstaan de kunst niet, het opgenomen materiaal in te delen en te registreren.”
Ik denk dat geen enkel politicus, die vandaag de dag dit soort onzin uitslaat, veel aanhang zal krijgen. Mensen laten zich anno 2010 geen oor meer aannaaien. Je kunt dit soort wanstaltige ideeën beter publiceren, want dan kan iedereen ook zien dat het onzin is. Geert Wilders heeft ook nooit zoiets wanstaltigs beweerd. Omgekeerd, wat in de Koran te lezen is over het aanzetten tot geweld verschilt in wezen niet zo veel met de bedenkelijke passages die ook in de Bijbel zijn te vinden. Democratie moet sterk genoeg zijn om dit soort woorden te verdragen, of die nu van Jahweh, van Allah of van Hitler afkomstig zijn.