Vorige week zat ik op het terras bij Wouters samen met Ton Broekhuis, directeur van Noorderlicht. We hadden het over het belabberde culturele klimaat in Friesland. Neem nou alleen al dat schertsfiguur Henk Keizer. Iedereen vindt hem een crime, maar niemand durft het hardop te zeggen, want hij beheert de centjes. Hij laat zelfs een paar paviljoens bouwen bij het Museum Belvedère. Een achtenswaardig man dus. Het gaat niet goed met de cultuur in Friesland, daar waren Ton en ik het wel over eens. Maar wat doe je daar aan een eetclubje oprichten? Daar zit ik eerlijk gezegd niet op te wachten. Wat heb ik nog met deze provincie? Ik woon er, daar is alles mee gezegd. Laatst hoorde ik iemand zeggen: ‘Ik ga naar Groningen, het wordt me te saai hier.’ Groot gelijk. Leeuwarden ligt aan het infuus. Het is armoe troef hier.
Dat hele gedoe met ‘Friesland Culturele Hoofdstad 2018′ is eigenlijk een grof schandaal. Met de linker had bezuinigen en met de rechter hand luchtfietsen. Wat moet je ook met zo’n stelletje minkukels hier? Arthur Oostvogel heeft als bekroning van zijn jarenlange klaagzang Stadsschouwburg De Harmonie tot dorpshuis omgetoverd. Saskia Bak is drie jaar bezig om haar eigen curatoren bijles te geven in niets doen. De Kunstuitleen hangt reproducties op bij Friese bedrijven. Keunstwurk is weggezakt in een eeuwige winterslaap. Theater Romein bestaat niet meer. In Leeuwarden is geen enkele kwaliteitsgalerie meer te vinden. De Leeuwarder Courant weet niet eens meer wat cultuur is. En Jannewietske de Vries vindt het allemaal geweldig zolang iedereen haar ook geweldig vindt. Zeg nou zelf, dat schiet niet op zo.