Gisteren was de eerste opnamedag van de film Fred Landsman en het Wad (werktitel). Van de week kreeg ik al een bezorgd mailtje van Saskia Bak. Of ik al een lijstje met namen had van kunstenaars die in mijn lezing op de Wadblik-avond aan bod komen. Het Fries Filmarchief zou dan wat gerichter op zoek kunnen gaan naar materiaal. Ik moest Saskia teleurstellen. Mijn lezing zal – na een korte inleiding – voornamelijk gaan over het werk van Fred Landsman die al meer dan dertig jaar met het Wad bezig is. Ramon van de Werken zal speciaal voor deze gelegenheid een korte film te maken over zijn werk. Dus ik zal geen beroep doen op nostalgische filmfragmenten uit de oude doos. Ook wordt mijn lezing géén tour d’horizon langs waddenkunstenaars en waddenschilders van Noord-Nederland. Er zijn volgens mij iets teveel waddenschilders en het wordt heel wat afgeprutst met een ezel op een zandbank. Van de week zag ik een filmpje op YouTube, waarop je een heel peloton amateur-waddenschilders varend in een bootje de horizon op het Wad zag schilderen.
Waarom toch al die aandacht voor goedwillende amateurs? Het Fries Museum heeft zelfs 4,5 ton gekregen van de Bank Giro Loterij om samen met Omrop Fryslân een Idols-achtig kunstprogramma te maken, zo las ik van de week. Aan talentvolle amateurs wordt zo de kans geboden om hun werk op tv te presenteren. Alsof er al niet genoeg van dit soort goedbedoelde rotzooi op de treurbuis is te zien. Een door het museum gekozen jury kiest dan een winnaar die in september 2013 een tentoonstelling in het nieuwe Fries Museum. Ook dat nog! Het moet niet gekker worden. Waarom zoiets mallotigs 4.5 ton moet kosten is mij een raadsel. En wat het Friese Museum hier mee aan moet, daar kan ik met mijn pet niet bij. Dit is nota bene het eerste tentoonstellingsconcept dat door de staf voor het nieuwe Fries Museum is bedacht en het is meteen een schoffering voor alle kunstenaars in Friesland die hun hele leven al serieus met kunst bezig zijn.
Ik zie het al voor me straks daar op het bordes op het Zaailand. Een stoet van talentvol penselende huisvrouwen en bekwaam aquarellerende bejaarden die met hun geschilderde kruidenkoeken en krentenmikken de trap opkomen met Saskia Bak boven op het bordes. Knikje maken, achteruit de trap af en weg wezen. En vervolgens al die rotzooi achter de rododendrons sodemieteren. Het gewone volk wil dat soort flauwekul en dus doen we daar als museum graag aan mee. Als je werkelijk zo begaan bent met dat gewone volk, dan laat je de kwaliteit zien van echte kunst, waar dat gewone volk ook echt wat aan heeft. Dan ga je geen vooroordelen bevestigen, maar vooroordelen doorbreken. Dan ga je niet arrogant door je knieën buigen, maar respectvol op je tenen lopen.
Als ik het persbericht lees op de site van het Fries Museum, dan krijg ik helemaal de kriebels:
In dit televisieprogramma met de werktitel KunstFaktor wordt eindelijk eens in gewone taal over hedendaagse kunst gepraat. Wat is eigenlijk goede kunst en waarom?
Heer vergeef het hen, want ze weten niet wat ze doen.
.