Bloggen kent geen regels
‘Aan alles komt een einde, dus ook aan dit weblog. Niet nu, maar over honderd stukjes. Dan zijn er duizend verschenen en wordt het tijd voor iets nieuws. Het probleem zit hem deels in de vorm. Weblogstukjes mogen niet te lang zijn want dan worden ze niet helemaal gelezen. Wie wil weten wat ik bedoel kijkt op de weblog van onze lokale cultuurpaus Huub Mous, ik heb zelden een stukje helemaal gelezen. Meestal wegens een gebrek aan tijd.’
Aldus een bekende Friese blogger onlangs op zijn webblog. Nog afgezien van het obligate epitheton ‘lokale kunstpaus’ waarmee ik waarschijnlijk ooit nog eens de kist in zal gaan, verbaas ik mij over de stelligheid waarmee hier iets beweerd wordt over het ‘format’ van het weblog. Waaraan moet een goede weblogpost voldoen? Als je op internet gaat zoeken naar richtlijnen, dan kom je de meest tegenstrijdige dingen tegen. Die richtlijnen bestaan gewoon niet. Iedereen zuigt maar wat uit zijn duim. Er bestaan zelfs cursussen ‘Hoe schrijf ik een goed weblog.’ Mijn advies is: trap er niet in. Wie op dit terrein anderen de les gaat lezen, heeft het geheim van de smid meestal zelf niet door. Ook de hierboven genoemde weblogger meende iets over ‘de regels van het weblog’ te moeten verkondigen, nota bene op het moment dat hij er het einde van zijn weblog aankondigt. Als er dan toch een gouden regel is voor de ideale weblogschrijver, dan is het deze: ‘Nooit ophouden, altijd doorbloggen.
Natuurlijk zijn er wel enkele regels, maar dat zijn juridisch regels. (zie hier) Je moet zorgen dat je geen advocaat aan je broek krijgt, of dat iemand een aanklacht gaat indienen wegens smaad. Met beide omstandigheden heb ik als weblogger in de praktijk ervaring mogen opdoen, maar in principe kan iedereen met zijn eigen klompen aanvoelen waar hier de grenzen liggen. Ook al het gaat over privacy. Schrijf nooit over je werkgever, collega’s op je werk, over je partner of je huisgenoten. Maar ook dat is gesneden koek voor iemand met gezond verstand. De kunst is overigens wel om altijd de uiterste grens op te zoeken, niet alleen als het gaat om smaad, maar wat betreft privacy. Een goede blogger loopt altijd op het randje. Hij weet – zoals Wim Kan dat ooit zei – hoe ver hij te ver kan gaan. Maar nu ga ik zelf ook al weer regels opstellen en die zijn er niet. Dat is nu juist het leuke van een weblog, dat er geen of nauwelijks regels bestaan.
Het fenomeen weblog is veel mensen een achterhaald fenomeen, sinds de snelle opkomst van twitter en facebook. De meeste problemen op de werkvloer ontstaan tegenwoordig dan ook met de nieuwe sociale media, en niet met een weblog. Je kunt door een ongelukkige tweet over je collega of over je leidinggevende geschorst of ontslagen worden en de praktijk gebeurt dat ook wel. Over een weblog hoor je dat zelden. Alleen in dictatoriale staten worden weblogschrijvers de mond gesnoerd. Overigens is de problematiek van de vrijheid van meningsuiting in relatie tot je werkgever niet eigen aan de nieuwe media. Tijdens mijn werkzame leven in loondienst ben ik verscheidene malen door mijn werkgever op het matje geroepen als ik in een of ander medium weer iets geventileerd had wat in de ogen van mijn werkgever niet door de beugel kon. Zelfs als ik dat op persoonlijke titel had gedaan, kreeg ik menigmaal stront aan de knikker. Niet zelden had ik daarbij de indruk, dat er een zeker mate van jaloezie in het spel was over de media-aandacht die ik hiermee trok, terwijl men niet besefte dat men door mij te muilkorven of een poging daartoe te wagen, juist nog meer media-aandacht creëerde.
Aandacht trekken, dat is eigenlijk wat iedere blogger in diepste wezen wil. Als er geen mogelijkheid zou bestaan om een weblog te schrijven, zou ik wel weer een andere manier vinden om de aandacht op mijzelf te vestigen. Met die zwakheid ben ik nu eenmaal behept. En als ik ergens over wil roemen, dan wil ik – zoals Paulus zei – roemen over mijn zwakheden. Een weblog is een prothese voor een gebrek. En dat gebrek heet narcisme. ‘Elk bezit is een gebrek,’ zei Mark Twain, maar het bezit van een eigen weblog doet je het gebrek, dat het in wezen is, vaak geheel vergeten. Een blogger brengt dagelijks zichzelf in de waan dat hij schrijft om een ander daarmee een plezier te doen, terwijl hij in feite zichzelf bevredigt. Bloggen is dansen met jezelf, waarbij nogmaals slechts één gouden regel geldt. Nooit ophouden, altijd doordansen.