Mister Bean in Blauwhuis
‘Of het zou heimwee naar God moeten zijn. Heimwee naar een waardig einde, misschien. Ik ben veel mensen tegengekomen en die wouden mij schuchter over mijn boeken spreken. Ze zeiden: “U heeft mijn jeugd beschreven, hoe kan dat? “En dan vertelden ze over hun jeugd die op het eerste gezicht een totaal andere jeugd was. Met een ander gezin, een ander dorp, een andere wereldbeschouwing. Nergens vergelijkbaar. Dan zeide ik: dat is de opgave van de kunstenaar. Hij moet het specifieke uitbeelden, hij moet niet abstract gaan werken. Hij moet een werkelijke vrouw of man uitbeelden, of een werkelijk gepresenteerd landschap. In een portret van iemand, als het goed is, herkent iedere toeschouwer zichzelf.’
Aldus Gerard Reve in een interview met Hugo Camps, dat is opgenomen in een speciale uitgave, getiteld Een Avond, ter gelegenheid van de feestelijkheden op de dag dat Bram Peper 15 jaar burgemeester was van Rotterdam. Dat was op 18 maart 1997. Het is een kleine oplage met handgeschreven gedichten van Gerard Reve, een inleiding van Felix Rottenberg en een uniek interview van Gerard Camps met Gerard Reve.
Ik kreeg een genummerd exemplaar (nummer 105) zondag uit handen van Bram Peper na afloop van de manifestatie in Blauwhuis. Met was een heel plezierige ontmoeting. Bram Peper was redelijk te spreken over mijn speech. Ik kwam wat moeilijk op gang, want toen ik naast hem zat, op de eerste bank in de kerk, realiseerde ik mij opeens dat ik geen boek bij me had om aan hem aan te bieden. Ik moest toen weer helemaal naar achteren om een boek op te halen. Toen ik weer terug was, kreeg ik een vette knipoog van Bram Peper. Hij begreep het probleem.
Zijn optreden was trouwens een fysieke topprestatie, want hij heeft versleten knieën, zoals hij ook vooraf aan de zaal liet weten. Hij had ook heel erg opgezien tegen dit gebeuren, hoorde ik van zijn vriendin. Maar ‘het ging net’, zoals hij direct na afloop tegen haar zei. De handen stijf om het spreekgestoelte geklemd, hield hij zichzelf overeind, als een man van stavast. Na afloop ging hij ergens eten met Hans Wiegel, die ook in de zaal zat. Burgemeester Apotheker was ook in de kerk aanwezig, maar of hij ook bij dit etentje was uitgenodigd, betwijfel ik. Volgens mij hoort Apotheker niet bij het old boys network.
Het was overigens behoorlijk stressen zondag. Ten eerste kwam ik vijf minuten te laat binnen. Toen merkte ik opeens dat mijn bretels niet goed klemden, zodat de aanhechting boven mijn bilnaad steeds losschoot. Ik stond doodsangsten uit, want ik was bang dat mijn broek zou afzakken, terwijl ik voor een volle kerk stond. Daarmee had ik natuurlijk wel CNN gehaald. Gelukkig viel het mee, maar mede hierdoor had het hele gebeuren voor mij wel een hoog ‘Mister Bean-gehalte’.
Vandaag heb ik nieuwe bretels gekocht, want dit moet me niet nog eens gebeuren. Zaterdag in het OBA moet de boel stevig vast zitten. De eerste reacties op mijn boek zijn gunstig. Nu is het wachten op de Friese vertaling. Misschien is dat een mooie schnabbel voor Abe de Vries. Na Inferno van Dan Brown kan Modernisme in Lourdes wellicht in één moeite door. Een bestseller hoort ook in het de Friese taal voorradig te zijn, al was het maar uit oogpunt van taalbevordering.