Nooit volwassen willen zijn

Trappenhuis van De Hege Wier, Leeuwarden gistermiddag

Vanaf het moment dat zijn vrouw ernstig ziek werd, was alles anders. 
Het echtpaar trok zich terug in hun huis in Maastricht. Hiddema werd
mantelzorger; met zijn kantoor en met Baudet bemoeide hij zich niet meer. April vorig jaar stierf ze. ‘Dan krijgt je eigendunk een klap’, zegt 
Hiddema. Iets van zijn ‘uitzonderlijk 
mooie, uitzonderlijk intelligente vrouw’ had altijd op hem afgestraald.
’Ik voelde me een beetje sneu.’ Totdat Baudet hem voor zijn kandidatenlijst vroeg. Hiddema aarzelde tot op de laatste dag. Het moment
 suprème schildert hij als een tafereel 
van bijbelse allure: als Baudet, die over een uur zijn lijst moet inleveren, 
bij hem aanbelt, aarzelt hij nog. Zeg jij eens wat ik moet doen, vraagt Hiddema met de blik omhoog. Dan – Baudet is al binnen – gaat de telefoon, de
 zus van zijn vrouw aan de lijn. Meteen daarop klinkt uit de radio in het souterrain – altijd afgestemd op een Duitse zender – de stem van zangeres 
Helene Fisher: ‘lch wollte nie erwachsen sein.’ Hiddema pakt het bidprentje voor zijn vrouw dat op het bureau staat. ‘Kijk hier staat die tekst. Hoeveel voorzienigheid wil je hebben? Zo wordt een mens politicus.

Aldus een passage uit een mooi interview in de Volkskrant van gisteren met Theo Hiddema, tegenwoordig lid van de Tweede Kamer voor het Forum voor Democratie (FvD). Je hoeft niet met de politieke denkbeelden van Hiddema in te stemmen, om te kunnen constateren dat hij een kleurrijke man is. Blijkbaar heeft hij grote aarzelingen gehad om zo kort na de dood van zijn vrouw de stap naar de politiek te maken.

Bovengenoemde gang van zaken is voor mij heel herkenbaar. Tijdens het rouwproces zoek je voortdurend houvast in ‘signalen van gene zijde’, en wonderlijk genoeg krijg je die soms ook. In in ieder geval: je meent dat je dit soort signalen krijgt. Ook ik kan frappante voorbeelden noemen van uitzonderlijk toeval op beslissende momenten.

Inderdaad, hoeveel voorzienigheid wil je hebben? Ook ik heb me dat vaak afgevraagd in de afgelopen maanden. Was dit wat Jung synchroniciteit heeft genoemd, een betekenisvol samenvallen van gebeurtenissen die zo toevallig zijn dat ze eigenlijk geen toeval kunnen zijn?

Of is het gewoon wishfull thinking? Zijn het slechts illusoire fenomenen die afkomstig zijn uit je eigen onbewuste, of fantoomverschijnselen die voortkomen uit je spiegelneuronen? Ik weet het niet en ik zal het ook nooit te weten komen, vrees ik. Maar wonderbaarlijk is het wel.

Hiddema laat overigens weten, dat hij niet om therapeutische redenen de politiek is ingegaan. Dat lijkt me ook geen goede motivatie, al is het natuurlijk nooit verkeerd om meteen na zo’n ingrijpende gebeurtenis als het overlijden van je vrouw een stap te zetten naar iets nieuws.

Dat laatste heb ik ook gedaan. In de afgelopen maanden heb ik hard gewerkt aan mijn nieuwe boek dat zich begeeft op het schimmige terrein tussen terrorisme en psychiatrie. Het manuscript ligt inmiddels bij de uitgever, maar er moet nog een nieuw hoofdstuk komen dat de conclusie meer handen en voeten geeft.

Om die reden was ik gisteren op bezoek bij de GGZ Friesland in het gebouw De Hege Wier in Leeuwarden. Ik kwam daar voor een gesprek met Adriaan Jansen. Hij is voorzitter van de Raad van Bestuur van GGZ Friesland en auteur van het rapport Oproep aan de politiek: investeer in de geestelijke gezondheidszorg.

Toen ik de trap op liep naar boven, realiseerde ik mij dat ik hier in het verleden vaak ben geweest. Van 1979 tot 1982 heb ik in dit gebouw therapie gevolgd in allerlei varianten. Je zou het de laatste stuiptrekkingen kunnen noemen op mijn lange weg naar de geestelijke volwassenheid.

Hoewel? Ben ik ooit geestelijk volwassen geworden? Marijke was dat veel meer dan ik. Waar ik voor het leven op de vlucht was, had zij een anker in het leven zelf. Als het storm was op de levenszee, werd zij de rust zelve. Hoe vaak heeft ze niet gezegd dat ik eigenlijk nog een kind was en dat ik dat altijd wel zou blijven.

Hoe dan ook, begin jaren tachtig is voor mij niet een periode waar ik graag op terugzie. Bij De Hege Wier liep ik destijds liever de trap af dan de trap op. Nu was ik hier terug en liep de trap weer op. Zij het niet om therapeutische redenen. Gewoon omdat het moest van mezelf. Of misschien toch van Marijke?

Juist op deze beladen plek werd ik mij eens temeer bewust hoeveel zij in mijn leven betekend heeft.