1995

Het is mei 1995. Marijke en ik waren op vakantie in Zuid-Engeland. Jurriaan en Renate waren mee. Renate heeft de foto genomen denk ik. Er is geen kasteel dat we daar niet bezocht hebben. Ook Londen hebben we uitgebreid kunnen bezichtigen. Sightseeing in the nineties. Engeland was groen en mooi. De tijden werden gekenmerkt door een ondraaglijke lichtheid van het bestaan.

De lieftallige gids van de SRC-bus kletste ons de oren van de kop met informatie die we helemaal niet wilden horen of prompt weer vergaten. Bovendien draaide ze elke dag voor ons  The streets of London…… Let me take you by the hand … etc…. Marijke werd er balorig van en begon de tekst dan hardop en vals mee te zingen. Sentimentele liedjes, daar had ze niets mee.

De maanden daarop zou ik druk in de weer zijn met de moeilijkste klus die ik ooit moest klaren, maar misschien ook wel de mooiste: het Frysk Festival van 1995. Het thema was Salut au monde. Kees ’t Hart had het allemaal bedacht en ik moest het uitvoeren. Daar kwam het kort en goed op neer. Die zomer werkte ik gewoon door, want het festival zou in september losbarsten.

Ik weet niet hoeveel duizenden flyers en honderden affiches op A-0 formaat – verpakt in grote kokers – we die zomer vanuit het Fryslânhûs verstuurd hebben. Marijke was logistiek manager posterijen op puur vrijwillige basis. Alles wat de deur uit ging is door haar handen gegaan. De portokosten waren voor Keunstwurk en niet voor het Frysk Festival. Een en ander leidde ertoe dat nadien bij elke poststempel bij Keunstwurk een projectnummer en een paraaf van de verantwoordelijke medewerker moest worden toegevoegd.

Toen vrijwel iedereen op vakantie was werd de wereld opgeschrikt door de genocide in Srebrenica. Duizenden mannen worden geëxecuteerd na de val van de Bosnische moslim-enclave. Ik voelde me machteloos en overvallen door een plaatsvervangende schaamte. Koos Dalstra, die een project zou uitvoeren tijdens het festival, had die zomer een atelier in een van de lokalen van het Fryslânhûs. Op 12 juli – de dag na de val van Sebrenica – belegde hij een persconferentie. Hij deelde mee dat hij moeite had om als kunstenaar door te gaan met de voorbereiding van zijn project, nu zich in Sebrenica een drama afspeelde.

Wadze Hiddema, de toenmalige bestuursvoorzitter van het Frysk Festival, vond het een beetje overdreven. Een misplaatste publiciteitsstunt zelfs. Maar Koos Dalstra meende het serieus. De persconferentie werd uitgeschreven en er kwamen twee journalisten opdraven. Uiteindelijk is Dalstra  gewoon doorgegaan met zijn project. Weinig mensen waren toen in hun gedachten met die oorlog in Joegoslavië bezig. Het was zomer en de zon scheen. Wat wilde je nog meer?

Het Karremansgevoel, dat was het. Later schreef ik zelf een ingezonden stuk voor de krant over dit  Karremansgevoel. Maar die tekst is nooit gepubliceerd. Anyway, ook dat was 1995.