Indian summer

Hedenmiddag bij Theehuis Rhijnauwen in Amelisweerd

Zoete meisjes, die zelve niet weten
hoe innig en zacht ze bederven,
slenteren in blue jeans, zweten,
zien rood van het langzame sterven
van het roestende licht op hun wangen,
en de zonen van Perzen, Hongaren,
lopen met brandende haren
voortgeduwd van verlangen
onder de vallende blaren
die als adem te voorschijn suizen.
Reeds worden de sneeuwwitte huizen,
door de schaduwen van takken geaderd,
zichtbaar. De winter nadert.

Kom, ik sta op, want het wordt wat fris,
al is het nog lang licht,
en ik ga met mijn glas op mijn bord
naar binnen en doe de deur dicht.

Uit: Leo Vroman Indian summer