Ik ben boos !
Ik ben Huub Mous. Ik spreek hier op persoonlijke titel als iemand die decennialang gewerkt heeft voor de beeldende kunst in deze provincie en daarover ook heeft gepubliceerd. Ik spreek hier omdat ik hogelijk verbaasd en ook boos ben, omdat de beeldende kunst in de nota Kultuer oan ‘e Kime – nauwelijks wordt genoemd. Alsof deze vorm van kunst in Friesland niet meer bestaat.
Ik ben ook verwonderd en boos omdat het Museum Belvédère dat al jarenlang voor de beeldende kunst in deze provincie een podium biedt, nauwelijks provinciale steun ondervindt, terwijl het die steun zo hard nodig heeft.
‘De kleur van Friesland’ is wat de beeldende kunst betreft nog altijd te vinden in het Museum Belvédère waar de identiteit van de Friese kunst een gelukkig huwelijk heeft gesloten met de architectuur en het omringende landschap.
Wie van u heeft heeft nog oog voor de beeldende kunst? Door wat voor nota’s laat u zich leiden? Waarom neemt u niet kennis van wat de Raad voor Cultuur in haar nota Zichtbaar van waarde nog onlangs zo treffend heeft verwoord:
‘Beeldende kunst komt in vele gedaantes en laat ons de wereld in vele perspectieven zien,’ zo wordt in deze nota gesteld. ‘Zij verbeeldt haar gelaagdheid, schoonheid, wreedheid en tegenstrijdigheid. Zij onderzoekt onze werkelijkheid, stelt vragen zonder direct een antwoord te geven of te verwachten; zij kan een spiegel zijn die ons confronteert moet onze normen en waarden.’
En even verderop wordt in deze nota als volgt geconcludeerd:
‘De raad is dan ook van mening dat kunstenaars gestimuleerd moeten worden vanuit hun eigen positie het werk te maken dat zij – al dan niet in samenwerking met een mogelijke curator, instelling of opdrachtgever – het beste antwoord op hun vragen vinden. ‘
Dat pleidooi voor een autonome kunst, die gekoesterd wordt door een integer museum dat daarvoor alle ruimte biedt, is in de nota Keunst oan’e Kime nergens te vinden.
‘Alles van waarde is weerloos,’ schreef de dichter Lucebert.
Het zou toch van de zotte zijn als u als provinciaal bestuur, dat de mond vol heeft over de ‘legacy’ van de manifestatie Lwd 2018, met droge ogen het Museum Belvédère ten onder laat gaan. Het zou niet alleen van de zotte zijn, ik zeg u – en lees mijn lippen – het zou een grof schandaal zijn.
Deze woorden heb ik gisteravond uitgesproken bij de inspraak bij de vergadering van de statencommissie Cultuur en Welzijn bij de behandeling van de nota Keunst oan ‘e kime over de culturele infrastructuur in Friesland.