Eeuwige roem voor Kolonel Sjaarda

(Foto’s: Jacob van Essen)

Tevens hangen er elders in het museum schetsen van soldatenkleding van het leger van kolonel Sjaarda. De Vries bracht het leger op de been tijdens de grote Friese reünie in 2000. Dat veroorzaakte destijds zoveel opschudding, dat werd besloten de stekker uit het kunstproject te trekken.’

Dit stond gisteren te lezen in de Leeuwarder Courant naar aanleiding van de uitreiking van de Gerrit Bennerprijs aan Auke de Vries. Dit is geen correcte weergave van de feiten. Er is nooit besloten om ‘de stekker uit dit kunstproject te trekken’. Als projectleider van dit project ( ik was destijds artistiek leider van het Frysk Festival 2000) heb ik ook nooit met die gedachte gespeeld. Auke de Vries had van mij de opdracht gekregen om samen met theatermaakster Hilde Mulder een project te bedenken voor het Frysk Festival, dat dat jaar  samenviel met de grote Friezenreünie van Simmer 2000. Het project ‘Het Friese leger’ werd in zijn geheel uitgevoerd door Hilde Mulder. Auke de Vries had alleen de kostuums ontworpen, maar verbleef gedurende het hele festival in het buitenland. Hilde Mulder bedacht ook de aanslag op Kolonel Sjaarda in de kelder van het Provinciehuis. De Leeuwarder Courant besteedde destijds nauwelijks aandacht aan het project. Het cancelde zelfs een interview, dat Kerst Huisman met de kolonel had en publiceerde een hoofdredactioneel commentaar, waarin het project scherp bekritiseerd werd (om belachelijke redenen overigens). Het had de redactie van de LC gesierd als ze dit gisteren ook nog even vermeld hadden. Voor wie het allemaal vergeten is, nog maar eens de feiten op een rij. 

***

In de zomer van het jaar 2000 werd in Friesland een grote culturele manifestatie georganiseerd, waarbij alle Friezen uit de hele wereld werden uitgenodigd om terug te keren naar het heitelân. Friesland haalde drie weken lang alles uit de kast. Hoe is het te verklaren dat Friezen zo ontvankelijk zijn voor een plotseling gevoel van massale opwinding? Een collectieve ervaring van flow kan ineens de hele gemeenschap in bezit nemen zodra een verlossend codewoord is uitgesproken: ‘It giet oan’, ‘It sil heve’, ‘We geane los!’. In die uitzonderlijke toestand treedt een eigenaardig mechanisme aan het licht. Het verscholen probleem van Simmer 2000 was de vraag hoe tijdens de millenniumwisseling collectief uiting kon worden gegeven aan een gevoel van vaderlandsliefde zonder te vervallen in uitgesproken nationalisme. Dit soort dubbel gecodeerde intenties hebben meestal een verlammend effect. Maar in Simmer 2000 kiepte dit mechanisme plotseling om in een massale explosie van euforie.

De paradox bleek juist een vruchtbare bodem te bieden voor de een woekering van het folkloristisch cliché. Alles wat nep is werd ineens echt. Wat zich aandiende was de Friese coming out van hedendaagse volkscultuur in het tijdperk van SBS6, een zich zelf genererende emotie van de massa. Ondanks de woekering van spontane volkscultuur werd de meeste commotie tijdens deze manifestatie veroorzaakt door een kunstproject dat bedacht was door Auke de Vries. Samen met theatermaker Hilde Mulder bracht hij een Fries leger op de been bracht dat als doel had om de teruggekeerde Friese emigranten tijdens de manifestatie te beschermen.  Zij ontvingen deze opdracht van het bestuur van het Frysk Festival, dat gelijktijdig met de manifestatie Simmer 2000 werd georganiseerd. Het Friese leger maakte deel uit van het project De Friese pelgrimage.

Uitgaande van de gedachte dat het fenomeen pelgrimage veel gelijkenis vertoont met de mondiale reünie van de Friezen kreeg een aantal beeldend kunstenaars samen met een landschapsarchitect, twee musici, een 
theatermaker en een schrijver de opdracht een gezamenlijk een vorm te 
bedenken om dit fenomeen zichtbaar te maken. Dat kon zijn beslag krijgen zowel in materiële als in immateriële zin, 
dat wil zeggen: niet alleen in een beeld (een monument) 
maar ook in een handeling of gebeuren (een ritueel). De 
kunstenaar en zijn compagnon uit een andere discipline konden zich daarbij 
laten inspireren door de pelgrimage in de breedste zin 
het woord, met alle daarbij horende gebruiken en rituelen 
Bovendien was het de bedoeling van de opdracht dat 
gecommuniceerd werd in een hedendaagse beeldtaal. Kortom, het fenomeen pelgrimage diende een eigentijdse 
invulling te krijgen, een vertaling in beelden en gebruiken.

De invulling, die Auke de Vries en Hilde Mulder aan deze opdracht wilden geven, had vooraf nogal wat voeten in de aarde. De ironische verwijzing naar een militaristisch gegeven werd niet door iedereen gewaardeerd. Het bestuur van het Frysk Festival heeft dan ook lang geaarzeld om het groene licht voor dit project te geven. Uiteindelijk werd met een minieme meerderheid besloten dat het project doorgang kon vinden. Het idee van Auke de Vries kwam er in essentie op neer, dat de aanwezigheid van het Friese leger tijdens de manifestatie als vanzelfsprekend werd beschouwd en de omvang ervan voornamelijk op suggestie zou berusten. Het bespelen van de media was dan ook een cruciaal aspect van het project. Verder werden allerlei situaties bedacht die uit theatraal oogpunt een duidelijke regie behoefden, waarvoor Hilde Mulder de verantwoordelijkheid had.

Centraal stond de figuur van kolonel Sjaarda Hzn, een oude naam uit de Friese adel met een militaristisch verleden.  De rol van kolonel Sjaarda Hzn werd gespeeld door gelegenheidsacteur Oeds Westerhof. Zijn kostuum, dat door Auke de Vries was ontworpen, had licht absurdistische trekken, maar dwong daarnaast ook duidelijk ontzag af voor de militaire autoriteit. Journalist Kerst Huisman beschreef de verschijning van de kolonel als volgt: ‘Het valt meteen op, dat de kolonel niet in legergroen is verschenen. Zijn uniform is van een naar purper neigend rood. Zijn pet telt twee kleppen, waarmee de importantie van zijn functie wordt onderstreept. De handige koker op zijn borst dient als opbergplaats voor de zo belangrijke kaart van Friesland, die hij met zich mee torst. ‘

Ook de soldaten die onder de kolonel ressorteerden hadden speciaal ontworpen kostuums. De kolonel werd gefotografeerd op een aantal plekken in Friesland die vanuit militair oogpunt van vitaal belang werden geacht. Deze foto’s werden afgedrukt op ansichtkaarten en voorafgaande aan de manifestatie in een mapje verspreid (‘de Sjaarda kaartenwaaier’). Ook konden door liefhebbers T-shirts met afbeeldingen van kolonel Sjaarda worden besteld. Er werd een apart Fries Ministerie van Defensie opgericht met speciaal briefpapier, visitekaartjes  en een eigen website. Om vrijwilligers te werven werden er spotjes op Omrop Fryslân uitgezinden (‘Meld jo oan as frijwilliger by it Fryske leger’). Verder werd er een krant opgericht, het Sjaarda Journaal, dat vijf keer tijdens de manifestatie verscheen, met actuele berichtgeving over de activiteiten van het Friese leger

Op verschillende momenten tijdens en voorafgaande aan de manifestatie dook de kolonel op, zoals bij de perspresentatie van Simmer 2000 in Nieuwspoort in Den Haag, de feestelijke openingsceremonie op het Zaailand, toen hij koningin Beatrix vergezelde, maar ook met enkele van zijn soldaten tijdens een vlaggenparade voor kinderen bij de Slachtedyk, een ochtendontbijt van provinciale bestuurders, en bij een geënsceneerde bomaanslag in Schouwburg de Harmonie die live op de radio te volgen was. In het Sjaarda Journaal werd geregeld verslag gedaan van deze gefingeerde militaire missie, die naarmate de manifestatie vorderde allengs gevaarlijker bleek te worden. De toon van de nieuwsvoorziening werd dan ook grimmiger. Zo werd gewag gemaakt van sabotagepogingen en dreigende luchtaanvallen van vijandelijke mogendheden.

Het project riep zeer verdeelde reacties op niet alleen bij het grote publiek, maar ook in de publiciteit. ‘Friesland mobiliseert’, kopte de NRC. Men was laaiend enthousiast of mordicus tegen. De ironische lading van een en ander werd ook lang niet door iedereen op waarde geschat en zeker niet door de Leeuwarder Courant. ‘Kunst en militairendom hebben altijd en overal aan weerszijde van een brede en diepe kloof gestaan,’ zo liet Sybe van der Meulen weten in een hoofdredactioneel commentaar, ‘maar de Fryske keunst komt met eens soldaat op de proppen. En nog een groezelige militante soldaat bovendien.‘ Een geënsceneerd interview tussen kolonel Sjaarda en LC- journalist Kerst Huisman werd op het allerlaatste moment door hoofdredacteur Rimmer Mulder uit de kolommen van de krant verwijderd. Met kolonel Sjaarda zelf liep het uiteindelijk ook niet goed af. In de vroege ochtend van 20 juli 2000 werd hij bij een geënsceneerde aanslag tijdens een persconferentie in de kelder van het Provinciehuis – onder het oog van een camera van Omrop Fryslân – getroffen door meerdere kogels van een belager die vervolgens wist te ontkomen.

Op internet werd prompt daarop een condoleanceregister geopend en het laatste Sjaarda Journaal publiceerde een uitgebreid ‘In Memoriam’. De dramatische beelden van de aanslag op Sjaarda in het perscentrum van de Provincie roepen achteraf onwillekeurig herinneringen op aan beelden van de moordaanslagen op Pim Fortuyn en Theo van Gogh, maar dit satirische gebeuren speelde zich af in het onschuldige Nederland van vóór de politieke moorden die na 9 september 2001 nog zouden volgen. Met zijn idee voor een Fries Leger had de – uit Friesland vertrokken – Auke de Vries een open zenuw geraakt. Een cultuur van heimwee en verlangen dreigde even te ontsporen in een collectieve hysterie. Het Friese zelfbewustzijn, dat tijdens de manifestatie Simmer 2000 tot grote hoogten werd opgevoerd, bleek slecht bestand tegen dit scherpzinnig kunstproject, waarin beeldende kunst en theater elkaar op verrassende wijze hadden ontmoet. Wim van Krimpen weigerde de kostuums van Het Friese Leger tijdens de Simmer te exposeren tussen de archeologische restanten van de tentoonstelling ‘Koningen van de Noordzee’. De ironie van de geschiedenis wilde echter dat diezelfde kostuums in het najaar van 2000 alsnog werden getoond in het Haags Gemeentemuseum, waar Wim van Krimpen, die het Fries Museum inmiddels verlaten had, tot de nieuwe directeur was benoemd.

Het project gaf niet alleen een ironisch commentaar op de intenties van Simmer 2000, maar leverde daarnaast ook een hilarische satire op het militarisme in het algemeen. Vanuit dat oogpunt bezien riep Kolonel Slaarda Hzn herinneringen op aan de beroemde Pruisische legeraanvoerder Der Hauptmann von Köpenick die in 1906 in Duitsland grote beroering teweegbracht. De werkloze schoenmaker Wilhelm Voigt had zichzelf tot kapitein bevorderd. Hij had voor zichzelf een passend uniform samengesteld en gedroeg zich in alles als een legeraanvoerder. Zo stelde hij zich een groep militairen onder zijn gezag en arresteerde in het Raadhuis van Köpenick de burgemeester, waarna hij er met de stadskas van door ging. Na zijn arrestatie en gevangenschap groeide Der Hauptmann von Köpenick uit tot een internationaal cultfiguur. Een stroom van komische ansichtkaarten, foto’s en satirische gedichten kwam op gang. Ook zijn nadien boeken, toneelstukken en films aan dit fenomeen gewijd. Wat dat betreft heeft kolonel Sjaarda Hzn met zijn Friese leger nog een grote toekomst voor zich. Zijn historische rol werd negentien jaar geleden op brute wijze beëindigd, maar zijn legende zal voortleven tot in eeuwigheid. Like a candle in the wind….

Laat een reactie achter

(verplicht)

(verplicht, wordt nooit weergegeven)