Op een meer dan manshoog cilindervormig basement verheft zich een constructie van metalen vormen, die -aan elkaar gelast of gehaakt en ogenschijnlijk in wankel evenwicht – zich als een grillig lijnenspel afgekeken tegen ed lucht. Auke de Vies maakte het in 1992 in opdracht van de CHN ( tegenwoordig NHL Stenden) , die nieuwbouw pleegde in Leeuwarden.
Ik weet het nog goed want ik was in 1992 – naast het SKOR (de Stichting Kunst in de de Openbare Ruimte) – als provinciaal adviseur betrokken bij de totstandkoming van dit kunstwerk. Vooraf hebben we moeten praten als Brugman om het zover te krijgen. De opdrachtgever wilde een figuratief beeld gemaakt door een in Friesland woonachtige kunstenaar. Auke ed Vries, die geboren werd in Burgum, woonde toen al jarenlang in Den Haag. Maar uiteindelijk ging men akkoord en was de opdrachtgever zelfs zeer tevreden met het resultaat.
Het beeld imponeert niet alleen door zijn formaat, maar vooral ook door mijn eigenzinnige kwetsbare aanwezigheid. Het is een virtuoos gebaar in de ruimte, een gedicht van staal in de solide en geordende omgeving. De schakeling van grillige vormen lijkt op het eerste gezicht als vanzelf te zijn ontstaan. Het oogt eerder als resultaat van geknutsel dan van een planmatige constructie, bijna alsof iemand gedachteloos met paperclips heeft zitten spelen.
Maar deze ogenschijnlijk toevallige vormentaal heeft zijn eigen grammatica. De onmogelijke constructie blijkt op eenzame hoogte zijn natuurlijke balans te hebben gevonden. Soms hangt alles stil. Soms wiegen de uiteindjes zachtjes in de wind. Het beeld kan zijn omgeving aan. Het is niet alleen perfect van schaal, ook de afzonderlijke delen vormen met elkaar een afgewogen vormenspel dat uit wisselende gezichtspunten steeds ander gedaanten aanneemt.
Tekst Gitte Brugman in de Leeuwarder Courant van vandaag
Kunsthistoricus Huub Mous heeft vandaag (vrijdag) aangifte gedaan tegen Hogeschool Stenden wegens schending van het auteursrecht. Stenden heeft zonder toestemming een beeld van Auke de Vries verwijderd.
In de bocht van de Rengerslaan, op het terrein van Hogeschool Stenden stond sinds 1992 een beeld van Auke de Vries (Burgum, 1937). Tot deze zomer, toen het parkeerterrein opnieuw werd ingericht. Zonder de kunstenaar in kennis te stellen, werd het beeld verwijderd. Tijdelijk, aldus een woordvoerster. Maar in stukken. Tot ontstentenis van de kunstenaar en van Huub Mous die aangifte heeft gedaan van schending van het auteursrecht.
Kunstliefhebbers stelden De Vries in juni op de hoogte van het verdwijnen van het metershoge kunstwerk, dat in opdracht van CHN is geplaatst in het kader van de zogeheten 1-procentsregeling. Huub Mous (toen van Keunstwurk) had De Vries destijds voorgedragen en onderhield alle contacten. ,,De CHN was heel blij met het werk.’’ De Vries is niet de minste. Hij geldt als een van Nederlands grote kunstenaars, heeft wereldwijd zo’n 45 sculpturen staan, en kreeg in 2019 nog de Gerrit Bennerprijs voor zijn gehele oeuvre.
De Vries probeerde in contact te komen met de directie van de hogeschool. Hij kreeg er maar niet het juiste aanspreekpunt te pakken. Daarop schreef de in Den Haag wonende kunstenaar een brief. ,,Ik wilde absoluut komen kijken. Het duurde weer een week of zes voor ik reactie kreeg.’’
,,Onlangs ben ik met mijn assistent wezen kijken. Het beeld lag in delen op het terrein van Snoek Puur Groen in Grou, helemaal onder het gras. We hebben daar met moeite een beetje in zitten woelen.’’ De Vries kon wel zien dat het metaal was doorgebrand en dat er stukken missen. En daar is hij allerminst over te spreken. ,,Er is nu hitte bij geweest. Het is maar de vraag of dit nog hersteld kan worden. In elk geval moeten er nieuwe onderdelen gemaakt worden.’’
Een beeld in de openbare ruimte, daar zitten haken en ogen aan, zegt hij met klem. ,,Je moet van alles berekenen aan zo’n constructie’’, legt hij uit. ,,Zoals windbelasting en dergelijke.’’ De 84-jarige is bovendien heel precies als het komt op plaatsing van een beeld. Maat en schaal spelen daarbij een uiterst belangrijke rol.
Stenden heeft hem inmiddels een intentieverklaring gestuurd, waarin vermeld staat dat de hogeschool zich inzet voor herplaatsing, in overleg met de gemeente Leeuwarden, Fries Museum en Keunstwurk. ,,We hebben het beeld weggehaald om schade te voorkomen’’, zo luidt de officiële reactie. ,,We staan in goed en direct overleg met de kunstenaar. En we zijn niet op de hoogte van de aangifte.’’
Dat laatste kan kloppen. Mous heeft vrijdag aangifte gedaan, als ‘gebruiker van de openbare ruimte’ en betrokken bij de kunstenaar. ,,Stenden had niet zonder overleg het beeld mogen weghalen, laat staan ontmantelen. Dat staat in het contract dat destijds is opgesteld’’, zegt hij. Mous heeft het op soortgelijke wijze opgenomen voor Ids Willemsma en Jentsje Popma, toen hen zoiets overkwam.
De Vries vindt herplaatsing noodzakelijk. ,,Leeuwarden is cultuurstad! De omgeving voor dit beeld was bovendien heel goed uitgezocht.’’ De bewoordingen van de intentieverklaring zinnen hem dan ook allerminst. Stenden zegt hierin ‘dat Auke de Vries niet betrokken hoeft te zijn bij de plek van herplaatsing’. Maar ,,zij gaan niet over de plek’’, zegt hij strijdvaardig. ,,Daar zet ik dus geen handtekening onder.’’