Als niets meer waar is
Net als het christendom staat ook cyberspace in principe voor iedereen open: voor mannen en vrouwen, de eerste en de derde wereld, noord en zuid, oost en west. Net zoals het Nieuwe Jeruzalem openstaat voor iedereen die het pad van Christus volgt, staat cyberspace open voor iedereen die zich een pc en het maandelijkse bedrag voor toegang tot het Internet kan veroorloven. In toenemende mate bieden bibliotheken en andere gemeenschapscentra ook vrije toegang. Net zoals de Hemelse Stad is cyberspace een ruimte waarin mensen van alle landen zich in theorie met elkaar kunnen vermengen. Veel aanhangers van cyberspace willen ons zelfs doen geloven dat het Net de grenzen van nationaliteit, ras en geslacht juist opheft, waardoor iedereen in gelijke mate wordt opgeheven naar een immateriële digitale stroom. De droom van een wereldgemeenschap is een van de belangrijkste fantasieën van de ‘religie’ van cyberspace, een technologische versie van de wereldbroederschap van het Nieuwe Jeruzalem.
Aldus Margaret Wertheim in haar boek De hemelpoort van cyberspace, een geschiedenis van de ruimte van Dante tot Internet (1999). De vergelijkingen die zij destijds trok tussen de nieuwe ruimte van internet en de bovenwereldse ruimte van de christelijke kosmologie zijn achteraf bezien kenmerkend voor de utopische beginfase van het internet. Toch is er nog altijd iets voor te zeggen. Er zijn meer parallellen tussen het ontstaan van het christelijk ruimte-concept in de eerste eeuwen van de jaartelling en de hedendaagse revolutie die internet teweegbrengt in het denken over ruimte en tijd. Dergelijk omwentelingen brengen grote veranderingen teweeg in de bestaande machtsverhoudingen. Augustinus scheef zijn boek De civitate Dei na de val van Rome, dat in het jaar 410 werd ingenomen door de oprukkende horde barbaren die Europa overspoelde. De gedachte was ontstaan dat het verval van Rome veroorzaakt was door de opkomst van het christendom. Om die bewering te weerleggen ontwierp Augustinus de kosmologie van de dubbele ruimte De ruimte van de aardse stad en de ruimte van het eeuwige Jeruzalem: de Stad Gods
Het eschatologisch perspectief van die twee steden was uniek. In de Bijbel was geen enkel voorbeeld te vinden die deze theorie kon rechtvaardigen. De stad van God was op aarde vermengd geraakt de wereldse ruimte, zo beweert Augustinus. De liefde tot God is gericht op het eeuwige Jeruzalem. De liefde tot de wereld op Babylon. Het was een strijd tussen de eeuwige vrede, die in het verschiet lag, en ‘het rijk van de chaos’ dat zo kenmerkend werd getypeerd door de Babylonische spraakverwarring. Deze wereld was in ongerede geraakt en moest zich opnieuw richten op de eindtijd, het Laatste oordeel, als alle doden zouden opstaan om geoordeeld te worden. Ze zouden dan hun lichaam herkrijgen in de opstanding van het vlees. Dan zou ook de scheiding zich voltrekken tussen de good guys and the bad guys, niet alleen bij de mensen, maar ook bij alle geestelijke wezens boven hen, de demonen en de engelen, de Duivel en God. Dit nieuwe ruimte-concept van Augustinus zou de wereld gaan veranderen. Het Heilige Roomse Rijk, dat in de Middeleeuwen zou ontstaan, werd door de tijdgenoten gezien als een voorloper van het eeuwige Jeruzalem.
Ook internet brengt een revolutie teweeg in het denken over ruimte en tijd. Die revolutie gaat gepaard met mondiale machtsverschuiving. Kon de val van het voormalige Oostblok nog opgevat worden als een overwinning van vrijheid en democratie, die door een reeks van factoren veroorzaakt werd – de opkomende middenklasse in het Oostblok, de wapenwedloop die door Reagan werd gewonnen, de verlokkingen van de westerse lifestyle – de hedendaagse facebook-revolutie in de Arabische landen is onmiskenbaar voor een groot deel veroorzaakt door internet en de nieuwe sociale media. Zoals de opkomst van het christelijke ruimte-concept gepaard ging met de val van Rome, zo gaat de hedendaagse botsing der beschavingen gepaard met een nieuw ruimteconcept dat door internet wordt aangedragen.
Maar er is meer. In veel hotelkamers in moslimlanden vind je een pijl op het plafond die naar Mekka wijst. Er bestaan eeuwenoude islamitische instrumenten die met een ingenieus mechaniek de afstand berekenen tussen Mekka en een plaats waar dan ook op de aardbol. In zijn boek De filosofie van het landschap (1970) stelt Ton Lemaire dat herhaling en oriëntatie op een middelpunt van oudsher de oervormen zijn van ruimte en tijd. De katholieke (lees: algemene) geloofsgemeenschap van de mensheid verenigde zich ooit in het mystieke lichaam van Christus, dat de ruimte en de tijd oversteeg. Tegenwoordig verenigt de mondiale geloofsgemeenschap zich in het breaking news van CNN. Wat is echter, de crucifix of de tv? Of zijn ze beide echter dan echt? Zijn beide soms hyperreëel? Was het christendom een geniale voorloper van de spektakelmaatschappij? Als je rondreist door Zuid-Europa zie je in elke hotelkamer een kruisbeeld en een tv aan de muur. Jezus en CNN zijn overal! Zet de knop maar aan en je hoort in de toon van de nieuwslezer de stem van de Verlosser. Hij spreekt ons toe met de geruststellende sacrale plechtstatigheid van een priester met zijn mysterie van brood en wijn, lichaam en bloed van Christus.
De media leveren ‘een geniale streek’, zoals ooit het christendom (zoals Nietzsche beweerde) ‘een geniale streek’ heeft geleverd. Door Zijn Zoon aan het kruis te laten sterven absorbeerde God de erfzonde van de mens. Niet langer was het nodig te offeren aan de goden. God had zich zelf geofferd en daarmee het menselijk bestaan gereduceerd tot een aards leven for the time being: de paulinische tussentijd in afwachting van de terugkeer van de Verlosser. Alleen overgave in het geloof was nodig om gezuiverd en verlost te worden. Met deze ‘geniale streek’ was de christelijke liefde veiliggesteld. De agapè zoog de menselijk liefde op naar God. Er opende zich een horizon van christelijk geluk, dat hier op aarde reeds beleefd kon worden. Dat is de kern van de christelijke allegria, een soort opgewonden vrolijkhied. Christus leeft! Christus is onder ons! Vertaald naar onze tijd wordt dat : De media leven! De media zijn onder ons! Zo bezien heeft de spektakelmaatschappij veel weg van het mystieke lichaam van Christus.
In het spoor van Slavoi Žižek wijzen verschillende filosofen tegenwoordig op de erfenis van het christendom, die in de moderniteit is geïncorporeerd en in een nieuwe gedaante voortleeft in het spektakel van de media. ‘Wij zijn in de media, de media zijn in ons’ beweerde de Spaanse mediafilosoof Manuel Castells. Een boodschap kan tegenwoordig alleen nog een rol spelen als hij in de media wordt gecommuniceerd. De ijle werkelijkheid van de media gaat steeds meer lijken op een ervaring die werkelijkheid overstijgt. Guy Debord had het ook al gezegd. De media absorberen de mensheid in een nieuw mondiale passiviteit en overgave, zoals ooit de christelijke religie het beste uit de mens heeft weggezogen. De media creëren ook een nieuw soort roem en glamour die bovenwerelds van aard lijkt. Aan dit nieuwe hemelgewelf worden soms vreemde patronen zichtbaar die soms ook vertrouwen trekken vertonen. De figuur van de hedendaagse profeet bijvoorbeeld, de heilige of de martelaar van de media.
Debord maakte onderscheid tussen drie vormen van spektakel. Het ‘geconcentreerde spektakel’ van de totalitaire maatschappijvormen als fascisme en communisme. Vervolgens het diffuse spektakel van de kapitalistische consumptiemaatschappij. Toen hij in 1988 zijn theorie aanscherpte – in het licht van de nieuwe ontwikkelingen als de doorbraak van de massamedia en de globaliserende economie – onderscheidde hij nog een derde verschijningsvorm: ‘het geïntegreerde spektakel’. Dit is een mengvorm van de beide vorige stadia. Het is een soort laatste toestand van het systeem die zich mondiaal manifesteert. Debord beweerde hierover het volgende: met de doorbraak van het globalisering heeft het diffuse spektakel van het kapitalisme het geconcentreerde spektakel van de dictatuur niet vervangen, maar geïntegreerd, dat wil zeggen: dialectisch ‘opgeslokt’.
Maar de media, waar Debord over schreef, waren de passieve media als film, televisie en het eindeloze eenrichtingsverkeer van nieuws, non-nieuws en reclameboodschappen. Internet en de nieuwe sociale media zijn interactief. Dat betekent dat de spektakelmaatschappij van Debord een nieuwe fase is ingegaan. De mondiale sluimer van een tijdloze passiviteit, waar het spektakel van de oude media toe zou leiden, wordt bij de interactieve media doorbroken door een verlangen naar revolutionaire verandering. Tenminste, binnen de totalitaire maatschappijvormen, waar nog altijd ‘het geconcentreerde spektakel’ heerst, zoals de dictaturen van de Arabische wereld, China en Rusland. Wat de interactieve media te betekenen hebben voor ‘het geïntegreerde spektakel’, de laatste toestand van het systeem – de laat-kapitalistische maatschappij, waar wij in leven dus – was lange tijd nog onbekend. Het mystieke lichaam van internet gaf zijn laatste geheimen nog niet prijs. The future is not ours to see.
Nu weten we wel beter. Het mystieke lichaam van internet en social media creëerde een wereld van wappies en complotdenkers. Niets is meer waar… en zelfs dat niet. En zoals Nietzsche al zei: ‘Als niets meer waar is, is alles geoorloofd.’ Die redenering gaat op als je voor waar gaat aannemen dat kwade reptielen de wereld in hun macht houden. Dat er duistere wezens bestaan die het bloed drinken van blonde mensenkinderen met blauwe ogen. Deze reptielen zouden menselijke vrouwen hebben bevrucht om een ras van koudbloedige hybriden te kweken. Zelf behielden zij hun genetische kenmerken en verenigden zich in de Broederschap van de Slang.
Complotdenkers zijn op drift geraakt omdat ze geen thuis meer hebben in deze wereld. Ze weten niet eens meer wat ‘wonen’ is, namelijk: het aangaan van betekenisvolle relaties met je eigen ruimte en leefomgeving, of anders gezegd: met de transcendentie in de zin die Heidegger aan dat woord gegeven heeft. Met hun ontheemde intuïtie voor transcendentie knutselen complotdenkers een nieuw wereldbeeld in elkaar, als moreel alternatief voor het ontheiligde schijnuniversum waarin ze verzeild zijn geraakt.