Welk algoritme bepaalt onze keuzes?
Gisteren kreeg ik een mailtje van een uitgever met de vraag of ik een boek wilde laten maken van mijn blogs. Niet allemaal natuurlijk, maar een deel, een bloemlezing zogezegd. Ik heb het aanbod beleefd afgeslagen. Ik zag het al voor me: De beste blogs van Mous. Een herdenkingsboek. De mensen zouden denken dat ik al dood ben, of in een ander wereld ben beland: de echte wereld. In mijn blogs leef ik niet in de echte wereld, maar in de parallelle wereld van het internet. Als ik daaruit zou moeten vertrekken, zou ik dat als een ramp ervaren. Als ik mag kiezen, blijf ik waar ik ben. Geen keuze dus. Geen bloemlezing.
Maar er is nog een reden waarom ik het aanbod van deze uitgever beleefd heb afgeslagen. Daarvoor moet ik even een aanloop nemen en iets vertellen over de wonderlijke kunst van het bloemlezen zoals die wordt beschreven in de kwantummechanica. De kwantummechanica beschrijft niet de waarneembare kenmerken van een veranderlijke verzameling, maar een algemene toestand die de verzameling is van alle mogelijke toestanden volgens een zekere waarschijnlijkheidsverdeling. Bij de waarneming stellen wij één van die toestanden vast. Maar wat gebeurt er met al die andere toestanden van de verzameling? Wat betekent het maken van een keuze eigenlijk? Bestaat er wel zoiets als een keuze? Wel algoritme bepaalt onze keuzes?
Bij de selectie van die ene toestand – die wij als de werkelijke verzameling ervaren – is sprake van een zekere willekeur, waarvan alleen de waarschijnlijkheid voorspelbaar is. Tenzij natuurlijk alle andere toestanden van de verzameling ook daadwerkelijk tot stand komen. Of anders gezegd, tenzij de verzameling bij elke waarneming zich splitst in talloze parallelle verzamelingen die naast elkaar blijven voortbestaan. Dat is een absurde gedachte, maar er bestaat een theorie die er inderdaad vanuit gaat dat alle andere toestanden van de verzameling ook daadwerkelijk tot stand komen. De waarnemer bevindt zich slechts in één van die verzamelingen en stelt voortdurend de toestand vast die daarmee gerealiseerd is.
Om een voorbeeld te noemen. Stel dat God een uitgever is die voortdurend bloemlezingen uitgeeft van blogs die door anderen geschreven zijn. Maar op het moment dat God het boek De beste blogs van Mous uitgeeft, worden ook alle andere blogs van Mous uitgeven in een bloemlezing. In feite krijgt de lezer die de bloemlezing De beste blogs van Mous koopt maar één selectie van Mous zijn blogs te lezen. De lezer leest alleen dat ene spoor dat God in deze specifieke bloemlezing van de Mous’ blogs heeft achtergelaten. Tegelijk verschijnt er echter een oneindig aantal andere bloemlezingen met andere selecties van de blogs van Mous.
Hoe absurd deze theorie ook mag zijn, hij vindt steeds meer aanhang onder hedendaagse natuurkundigen. Er is immers nog een ander lastig probleem dat door deze theorie een verklaring kan vinden. Onze natuurwetten kennen een aantal gegeven constanten (bijvoorbeeld: de constante van Planck, de lichtsnelheid, de elektrische lading van het elektron etc). Zonder die constanten zouden onze natuurwetten niet kunnen bestaan. De vraag die nog altijd niet beantwoord is luidt als volgt: hoe komt het dat de constanten in de natuur precies die waarden hebben die we nodig hebben voor ons bestaan in dit universum. Anders gezegd: waarom gelden de natuurwetten zoals wij die kennen? Het lijkt erop dat het antwoord luidt: opdat wij als mensen kunnen bestaan en bloemlezingen kunnen lezen. Het kan haast geen toeval zijn dat juist deze constanten gelden en geen andere. Of het moet zo zijn dat iemand dat vooraf op heel intelligente wijze zo bedacht heeft.
Anders geformuleerd luidt de vraag als volgt: zijn de natuurwetten toevallig zo ontstaan of vinden zij hun oorzaak in een intelligent ontwerp dat aan het universum ten grondslag ligt? Dit probleem hangt samen met een principe dat ook wel het ‘antropisch principe’ wordt genoemd. Wat we kunnen verwachten waar te nemen wordt beperkt door de voorwaarden die noodzakelijk zijn voor onze aanwezigheid als waarnemers. Anders gezegd: Wij lezen de bloemlezing De beste blogs van Mous en denken dit zijn de beste blogs van Mous. Dat is een soort cirkelredenering die iets ongemakkelijks heeft. De beste blogs van Mous bestaan niet. Zodra je een bloemlezing maakt met als titel De beste blogs van Mous bestaan er meteen ook talloze andere bloemlezingen met als titel van De beste blogs van Mous.
Absurd toeval of doelbewust ontwerp? Hoe kun je aan dit dilemma ontsnappen? Eigenlijk maar op één manier. Het zou immers ook zo kunnen zijn, dat er geen sprake is van toeval en ook niet van een doelbewust ontwerp. In dat geval moeten er ooit vele verzamelingen tegelijk zijn ontstaan waarin alle mogelijke waarden van de natuurconstanten gerealiseerd zijn. Wij leven dan precies in de juiste verzameling met de juiste natuurconstanten. Kortom, deze verzameling s slechts één van de vele mogelijkheden en bestaat naast talloze andere parallelle verzamelingen.
Hoe het ook zij, het heeft er alle schijn van dat de bloemlezing van mijn beste blogs maar één van de mogelijkheden laat zien die in feite aan de orde zijn. Maar er is nog iets. Op het moment dat de bloemlezing op de markt komt splitst de wereld zich in talloze mogelijke opties, waarin ik zal voortleven in evenzoveel parallelle werelden. Sterker nog, telkens als iemand – waar ook ter wereld – mijn blog aanklikt, splits ik mij opnieuw. Dat wil zeggen: niet ikzelf, maar het patroon van mijn blogs, waarin mijn ziel als het ware gevangen zit.
Mijn ziel is van nu af aan druk bezig zich te vermenigvuldigen in een eindeloze reeks van werelden. Als we er vanuit zouden gaan, dat alle exemplaren van deze verzameling werelden op hun beurt weer één wereld voorstellen, dat op zijn beurt – op een op andere manier – ergens een bloemlezing nalaat, dan kunnen wij nagaan welk een verweving van voorstellingen en welke dwarsverbindingen er tussen de onderscheiden werelden in de reeksen van bloemlezingen van de blogs van Mous te maken zijn. Verbazing bevangt mij hierover. Verbijstering grijpt mij aan.