Poetin greep de herdenking van het bijna drie jaar durende beleg van de stad door de Duitsers aan om de Russen er nog eens van te doordringen dat Rusland, net als toen, bedreigd wordt door de nazi’s, nu in de gedaante van het ‘neonazistische’ bewind dat volgens hem in Kyiv aan de macht is. Met zijn verwijzing naar de blokkade van Leningrad appelleert Poetin aan de emoties die het beleg van de stad nog steeds losmaakt bij de Russen. De blokkade kostte aan ongeveer een miljoen inwoners het leven. Een deel werd het slachtoffer van de Duitse beschietingen, maar de meesten kwamen om van de honger als gevolg van de omsingeling van de stad door Hitlers leger.
Dit stond gisteren te lezen in de Volkskrant. Poetin hield een toespraak bij de viering van het doorbreken van het gruwelijke beleg van Leningrad (nu Sint-Petersburg) door de troepen van Hitler. Dat beleg duurde vanaf 8 september 1941 tot 27 januari 1944 en eindigde met de volledige terugtrekking van de Duitse strijdkrachten. Volgende week is dat 79 jaar geleden. Rusland is volgens Poetin Oekraïne binnengevallen ‘om de oorlog te stoppen’. De oorlogsretoriek is vooral bedoeld om het Russische thuisfront te mobiliseren voor een nieuw, grootscheeps offensief dat aanstaande is.
De Russische minister van Buitenlandse Zaken Sergej Lavrov ging nog een stap verder door een vergelijking te trekken tussen de campagne van het Westen tegen Rusland en de Holocaust. Het Westen zou uit zijn op de vernietiging van de Russen, zoals Hitler zijn Endlösung voor de Joden had bedacht. Met het geschiedenisonderwijs over de Tweede Wereldoorlog is het in het Rusland van vandaag kennelijk niet zo best gesteld. Poetin kan de Russen alles wijsmaken, maar deed Goebbels dat destijds ook niet?
Als het gaat om voorbeelden uit de Tweede Wereldoorlog zijn er in de komende dagen meer data die Poetin kan aangrijpen als aanleiding voor een nieuw grootscheeps offensief. Op 2 februari a.s. is het precies 80 jaar geleden dat de slag bij Stalingrad (nu Wolgograd) werd beslecht in het voordeel van het Rode Leger. De slag bij Stalingrad geldt als het beslissende keerpunt van de Tweede Wereldoorlog. Het was de grootste veldslag aller tijden, die in totaal 1,7 miljoen slachtoffers eiste. Het Duitse zesde leger, bijgestaan door Italianen, Roemenen, Hongaren en Kroaten, werd daarbij volledig vernietigd door het Rode Leger, dat nog maar enkele maanden tevoren nagenoeg overwonnen leek.
Deze slag is niet alleen beslissend geweest voor de overwinningsroes van Stalin, maar ook voor de geestelijke ineenstorting van Hitler, die zich daarna nauwelijks nog in het openbaar liet zien. Tegelijk betekende de nederlaag bij Stalingrad de definitieve doorbraak van Joseph Goebbels, die daarna steeds meer macht naar zich toe trok en bovendien de kunst verstond om zelfs uit deze grootste nederlaag propagandistisch voordeel te halen.
In dat opzicht kan Poetin nog veel van Goebbels leren. Na de nederlaag in Stalingrad vroeg Goebbels – zonder overleg te plegen met Hitler – in een toespraak of het Duitse volk de totale oorlog wilde. Het werd een van de beroemdste redevoeringen uit de Tweede Wereldoorlog. (zie: hier) Goebbels’ biograaf Karel Christian Lammers schreef hierover het volgende.
‘Goebbels wilde zichzelf dus profileren als leider van de totale oorlog. De gelegenheid kwam daarvoor op 18 februari 1943. Het werd een van zijn beroemdste toespraken. Omdat Hitler zelf na de ramp bij Stalingrad weigerde zijn volk onder ogen te komen en zich verstopt in zijn hoofdkwartier in de Wolfsschanze, probeerde Goebbels iets positiefs uit de nederlaag te halen en die te laten inspireren tot een laatste krachtsinspanning. Dat deed hij in zijn toespraak in het Sportpalast met de retorische vraag : Wollt ihr den totalen Krieg?’